Dóór met kernenergie als motor tegen klimaatverandering

Goed nieuws: de Tweede Kamer wil, zoals het er nu uitziet, ook in de huidige demissionaire periode doorgaan met kernenergie als onderdeel van het klimaatpakket. En dat voor zo’n (voorheen) controversieel onderwerp!

 

Kabinet ook aan boord

Ik vond het al een mooie opsteker dat het kabinet zich in de relatief korte tijd van zijn bestaan een actief pleitbezorger toonde van kernenergie. De inzet op de verlenging van de levensduur van de huidige centrale in Borssele én de actieve voorbereiding van de bouw van twee nieuwe centrales op het terrein van Borssele, was en is wat mij betreft een schot in de roos.

 

Niet alleen zon en wind

Nou zijn de voordelen van kernenergie voor een CO2-neutraal energiesysteem in 2040 dan ook evident. Twee nieuwe centrales betekent 10 tot 15 procent productievermogen voor stroom erbij, CO2-vrij en weersonafhankelijk. Het hoeft niet te waaien (windparken) en de zon hoeft niet te schijnen (zonparken). Batterijen om wind- en zonstroom op te slaan kunnen op de langere termijn een uitkomst bieden, maar zijn onvoldoende voor de grote hoeveelheden stroom die we bij elektrificatie nodig hebben.

 

Goed in te passen

Voordeel is verder dat de centrales relatief weinig ruimte innemen, en op het al bestaande Borssele-terrein komen. Voor wind- en zonparken moet ‘nieuwe’ ruimte worden gevonden, en mogelijk weerstand van omwonenden overwonnen. Kernenergie is – als de overheid ‘meedoet’ – goed betaalbaar en dat is van belang bij de aanhoudend hoge energieprijzen.

 

Snel aan de slag

Er is een routekaart opgesteld die met strakke regie ertoe kan leiden dat de bouw in 2028 kan starten. De centrales kunnen dan in 2035 in gebruik worden genomen. Dat lijkt lang, maar als de centrales eenmaal draaien vormen zij een krachtige motor tegen klimaatverandering. Mooi dat de Tweede Kamer inziet dat we dit nu echt moeten doorzetten.

 

Frits de Groot

Beleidssecretaris energie en klimaat