30 AUG, 2018 • Actueel
Subsidie praktijkleren afschaffen? Niet doen, minister Van Engelshoven!
Pennywise, pound foolish: dat is het schrappen van de subsidie praktijkleren. Het plan ligt nog steeds op tafel bij het ministerie van Onderwijs. Maar na Prinsjesdag niet meer als het aan deze drie ondernemers ligt. Minister Van Engelshoven, leest u mee?
Stel je voor, je bent 16 jaar en komt net vers van het vmbo. Je droom: bakker worden. Of misschien wel timmerman, kok of lasser. Eigenlijk wil je niks liever dan met je handen werken. En dat begint op school. Of nou ja, juist niet: in plaats van vijf dagen naar school, wil je het vak leren bij een bedrijf. Ja, oké, zó vaardig ben je nog niet. Maar het zit wel in je, je hebt aanleg. Dat zei je mentor tenslotte ook bij je diploma-uitreiking.
Het wordt dus een bbl-opleiding op ’t mbo. Vier dagen werken, één dag naar school. Je schrijft je in bij het lokale roc. Nu nog een werkplek vinden waar ze jou het vak willen leren. En ook nog je lesgeld willen betalen, zodat de hele mbo-opleiding je niet meer kost dan een paar boeken. Maar die plek vinden, dat is toch moeilijker dan gedacht. Vooral bij dat kleinere bedrijf vlakbij huis en school, wat eigenlijk je voorkeur had. Daar hebben ze geen plek meer blijkt na wat rondbellen. Te duur, vertellen ze je. Met pijn in het hart. Want bedrijven nemen hun taak – opleiden – uiterst serieus. En nu? Doorzoeken, een andere opleiding kiezen?
‘Een overheid die deze subsidie schrapt, heeft duidelijk geen waardering voor de maakindustrie’
Minister wil subsidie praktijkleren stopzetten
Een realistisch scenario? Wel als de plannen van minister Van Engelshoven van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW) werkelijkheid worden. Bedrijven die jongeren opleiden – en dat zijn er meer dan 100.000 per jaar – krijgen daar nu nog 2.700 euro per leerling per jaar voor. Een tegemoetkoming voor de opleiding die ze deze jongeren geven. Eerlijk gezegd: een druppel op de gloeiende plaat, want per leerling wordt er jaarlijks 12.000 euro per bedrijf geïnvesteerd. Een bijzonder systeem, waarbij het onderwijs heel zwaar leunt op het bedrijfsleven. Maar daar komt straks een einde aan, omdat OCW er een kleine 200 miljoen mee wil besparen. Kortzichtig, want zelfs mét de subsidie praktijkleren meegerekend is de overheid meer geld kwijt aan studenten die vijf volle dagen naar school gaan. Juist voor leerlingen die graag met hun handen werken is een bbl-opleiding heel erg geschikt – grote kans dat ze met een voltijdopleiding hun diploma niet zullen halen omdat die manier van onderwijs niet past bij de manier waarop ze leren. Ook statushouders en mensen die niet de ‘normale’ onderwijsleeftijd hebben, hebben veel baat bij bbl-opleidingen. Zonder de subsidie praktijkleren zal één op de vijf leerwerkplekken verdwijnen.
Deze drie ondernemers hebben nu nog leerlingen. Maar zien het alledrie somber in als de subsidie praktijkleren na Prinsjesdag ook echt verdwijnt.
Wiebren de Boer | Bouwbedrijf Weever | Kampen
‘Afschaffen subsidie praktijkleren: superslecht signaal’
Het is duidelijk voor Wiebren de Boer van bouwbedrijf Weever uit Kampen: een overheid die deze subsidie schrapt, heeft duidelijk geen waardering voor de maakindustrie en het bedrijfsleven. ‘Afgezien van het feit dat het geld heel erg welkom is, vind ik het vooral een superslecht signaal’, zegt De Boer. ‘Weet je, dat bedrag zou eerder verdubbeld moeten worden. We zijn ontzettend veel tijd kwijt aan leerlingen, leiden ze op voor de arbeidsmarkt. Daar moet toch wat tegenover staan?’
Op dit moment lopen er drie leerlingen rond bij Weever, vertelt De Boer. ‘Jongens die een timmeropleiding doen in Lelystad en in Genemuiden.’ Leerlingen opleiden zorgt ervoor dat je ze goed kunt vormen, zegt De Boer. ‘De jeugd heeft de toekomst hè? Je weet zo meteen wat voor vlees je in de kuip hebt. En ik vind dat wij als bedrijf ook wel de taak hebben om jongens te stimuleren om iets van hun toekomst te maken. Ze leren bij ons meer op de werkvloer dan op school.’ Maar, het is een flinke klus. Inwerken, vinger aan de pols houden, opvoedkundige taken. En over het algemeen kunnen leerlingen die net van het vmbo komen en een mbo-opleiding volgen nog niet veel. ‘Ze kunnen net een hamer vasthouden’, zegt De Boer. ‘Het vak van timmerman leren ze honderd procent bij ons. Een hele goede kan bij ons blijven werken.’ Als bedrijf neem je namelijk ook de verantwoordelijkheid voor leerlingen, zegt De Boer. ‘Wij zouden ook kunnen zeggen: we gooien alle timmerlieden eruit, besteden alles uit. Maar dan haal je hart en ziel uit je bedrijf en dat moet je niet willen. Alles wat je in Nederland ziet, hebben we te danken aan jongens op de bouwplaats. Die staan er ook als het regent. Dus investeer erin.’
Hans Vugts | Hotel Casa | Amsterdam
‘Waarom een regeling afschaffen die maar 200 miljoen kost’
‘Vooral voor kleine horecabedrijven is het afschaffen van subsidie echt een gemiste kans’, zegt Hans Vugts, hotelier en directeur van Hotel Casa Amsterdam. ‘Een mama-en-papabedrijf kan in plaats van een leerling ook kiezen om voor ongeveer hetzelfde geld een fulltime werknemer met een afgeronde opleiding aan te nemen. Nu is de markt erg krap, maar zeker bij voldoende aanbod op de arbeidsmarkt is een volwaardige kracht natuurlijk veel aantrekkelijker.’ Want wie anders denkt, wil Vugts wel even uit de droom helpen: een leerling van 16 of 17 komt qua capaciteiten niet eens in de buurt van een werknemer met een afgeronde opleiding. ‘Het kost ontzettend veel energie. Goedkope handjes? Niet dus.’ Als horecaondernemer werk je met een leerling een takenboek af, zegt Vugts. ‘Ze moeten bijvoorbeeld ook leren hoe je vlees fileert. Is dat niet jouw tak van sport als horecaondernemer, dan bestel je dus een keer een groot stuk vlees. Je gaat een keer naar een slager of slachthuis met de leerlingen, naar een bierbrouwerij. Er wordt verwacht dat je die kennis overbrengt, maar daar moet dan wel wat tegenover staan.’
‘ook de kleine ondernemer moet leerlingen kunnen blijven opleiden’
Wat Vugts verbaast, is dat het ministerie wil bezuinigen op een regeling die relatief weinig kost – zo’n 200 miljoen per jaar – maar wel heel veel oplevert. ‘Het is niet zo dat de minister het mbo niet belangrijk vindt’, zegt Vugts. ‘In Amsterdam hebben we onlangs het House of Hospitality opgericht, dankzij een subsidieregeling van het ministerie van Onderwijs. Dat is een samenwerking tussen de Amsterdamse horeca, de gemeente en scholen om jongeren beter op te leiden voor onze sector. Dat is nieuw en spannend. Maar ik begrijp dan niet dat een systeem dat nu al vijftig jaar goed werkt, wordt afgeschaft voor zo’n relatief kleine bezuiniging.’ Haal dan dit geld uit ’t potje van een andere subsidieregeling, zegt Vugts. ‘Kijk, als grote hotelier blijf ik toch wel leerlingen opleiden voor onze branche. Dat is hard nodig. Maar zo’n kleine ondernemer – en we hebben in Nederland heel veel midden- en vooral kleinere bedrijven – profiteert niet van allerlei grote regelingen en samenwerkingen. Zorg er nou voor dat die ook leerlingen kan blijven opleiden. Daar profiteert echt iedereen van.’
Simon Butter | Deen Supermarkten | Hoorn
‘We willen toch dat íedereen zich kan ontwikkelen?’
‘Niet iedere jongere heeft als droom om in de supermarkt te werken’, zegt Simon Butter van Deen Supermarkten. ‘Maar sommigen blijven toch langer bij ons werken, vaak omdat ze een andere studie niet afronden. Dat vinden wij prima, maar wíj willen dan wel graag dat ze een duale mbo- of hbo-opleiding gaan doen. Wij faciliteren dat.’ Ze krijgen dan de opleiding van de supermarkt en gaan, zoals dat hoort bij een bbl-opleiding, een dag naar school. Behalve de normale gang van zaken in de supermarkt, leren de werknemers dan nieuwe vaardigheden die horen bij de mbo-opleiding die ze volgen zodat ze na hun opleiding een stap verder kunnen maken. Supermarkten nemen zo hun maatschappelijke verantwoordelijkheid.
‘als je even gaat optellen wat je als ondernemer in zo’n opleiding steekt…’
‘Iemand die een mbo 4-opleiding gaat doen, moet bijvoorbeeld ook iets met personeelsbeleid doen. Denk aan sollicitatiegesprekken voeren of een functioneringsgesprek bijwonen. En daar in getraind worden.’ Reken maar mee, zegt Butter. ‘Stel je hebt veertig lesweken in een jaar waarin een leerling aanwezig is. De begeleidingstijd van een bbl’er is zo’n twee uur per week. Samen met de kosten van het lesgeld en overige kosten is de maximale subsidie van 2.700 euro al snel op.’ Niet alleen jongeren, juist ook mensen die niet meer behoren tot de leeftijdscategorie die normaal gesproken naar school gaat, moeten toegang houden tot opleidingen. ‘Carrière maken kan ook op latere leeftijd’, zegt Butter. ‘Bij ons werkt een man van 51 die jarenlang niks meer aan leren had gedaan en nu een mbo 2-opleiding volgt. Nederland heeft toch de mond vol van ‘een leven lang ontwikkelen’? Dan moet je geen bezuinigingen doorvoeren die dat in de kiem smoren.’
Subsidie praktijkleren voor 2019 gered. Nu nog een structurele oplossingHet kabinet heeft half juli aangegeven dat de subsidie praktijkleren in 2019 blijft bestaan. Op zich goed nieuws voor ondernemers, al is onduidelijk hoe de regeling precies wordt ingevuld. Bovendien betekent dit niet dat er zicht is op een structurele oplossing: blijft de subsidie praktijkleren ook ná 2019 bestaan? Daarover wordt pas op Prinsjesdag duidelijkheid gegeven. Voorlopig blijft het dus nog spannend.
Handig: de wekelijkse Forum-alert
Meld je aan voor de nieuwsbrief en ontvang de gratis updates.