10 MEI, 2024 • Column

Contant geld? Let op de gevaren

Even met je bankpas de lunch betalen, met je telefoon een boodschap afrekenen, of je smartphone gebruiken om een boek te kopen. Zomaar wat voorbeelden, maar duidelijk is dat we tegenwoordig veel betalen zonder dat er papier- of muntgeld aan te pas komt. Toch worden alle ondernemers, non-profitinstellingen en overheidsorganisaties in heel Europa hoogstwaarschijnlijk wettelijk verplicht om contant geld te accepteren. Zo’n verplichting lijkt heel begripvol voor de consument in een kwetsbare positie, maar is niet zonder nadelen, ja zelfs gevaren, voor de ondernemers en de consument.

 

Contant geld accepteren verplicht

De Europese Commissie heeft vorig jaar voorgesteld dat er een acceptatieplicht voor contant geld moet komen. De Nederlandse regering stemt hiermee in. De reden is duidelijk; niet iedereen kan (al) omgaan met digitale bankzaken en betalen. Voor zo’n 500.000 mensen is volgens DNB zo’n betaalautomaat in de slagerij toch nog een hele uitdaging en betaalt men liever contant.

 

Cash is niet zonder risico’s

In Nederland werken 1,5 miljoen mensen achter een toonbank en ik durf te wedden dat ieder van hen kan vertellen dat er een schaduwkant zit achter contant geld. Winkels met contant geld zijn gewilde doelwitten voor overvallers, dieven en valsmunters. Grote biljetten zijn al verdacht omdat ze vaak bij witwassen worden gebruikt. We kennen allemaal de plofkraken waarbij geldmaat-automaten worden (leeg)geroofd. En wie wil met een pakket bankbiljetten ’s avonds de dagopbrengst bij een automaat in een matig verlichte straat deponeren? De Raad Nederlandse Detailhandel, geen tegenstander per sé van contant geld, zegt dat zo’n wettelijke plicht uitvoerbaar moet blijven. Ik ben het daar mee eens.

 

Alleen pinnen soms een beter idee

Laten we minimaal evaluatiemomenten aanwijzen om te kijken óf contant geld wettelijk bezien nog nodig is in de toekomst. Ook ligt het voor de hand om plekken af te spreken waar contant geld écht niet meer nodig is. Denk aan vending machines of onbemande tankstations. En als er in een bepaalde winkelstraat al verschillende overvallen zijn geweest, is digitaal-only betalen ook een goed idee. En muntgeld in een oplaadpaal is ook geen gelukkige combinatie.

 

Ondernemer is nu duurder uit

Ten slotte is geld ook een kwestie van geld. Contant betalen kost de ondernemer geld, op dit moment bijna drie keer zoveel als pinnen. Van alle aankopen is 20 procent nog met cash en dat bepaalt 45 procent van de betalingskosten. Ondernemers mogen die kosten wettelijk niet doorberekenen en moeten dat uitsmeren over alle aankopen. Dat kunnen we toch niet volhouden? En wat is precies het probleem als die 20 procent contante betalingen nog wel aan 97 procent van alle toonbanken kunnen plaatsvinden? Waarom financiert DNB niet bij als contant geld maatschappelijk zo belangrijk wordt geacht?

 

Slimmer omgaan met cash

Laten we daarom slim omgaan met contant geld. Er is overeenstemming, bij detailhandel en overheden, dat er voorlopig nog behoefte aan is om met cash te kunnen blijven betalen. We mogen echter niet de ogen sluiten voor de gevaren. Dus geef de ondernemer zelf de keuze of hij/zij nog contante betalingen aanneemt. Maak het veilig(er) om met cash om te gaan. En help als overheid samen met het bedrijfsleven en banken vooral de burger de stap naar digitale betaalmarkt te zetten.

 

Petra Tiel

Strategisch beleidsadviseur 

betalingsverkeercolumnelektronisch betalingsverkeer