19 JUN, 2024 • Case
Heeft kinderopvang Ska de oplossing voor arbeidsmarktkrapte in hun sector?
Er zijn te weinig pedagogisch medewerkers die in de kinderopvang willen of kunnen werken. Dat ziet Rachel den Boer van Ska Kinderopvang. Daarom zoekt zij naar manieren om toch mensen aan het werk te zetten in haar branche. “Met meer personeel in de kinderopvang kunnen we meer kinderen onderbrengen”, zegt Rachel. Dat betekent dat de ouders van die kinderen meer kunnen werken. Een win-winsituatie, maar dan moeten er wel pedagogisch medewerkers zijn.
Om te werken in de kinderopvang heb je minimaal een mbo 3-diploma nodig in de richting van pedagogisch medewerker. Met een diploma Onderwijsassistent mag je ook aan de slag in de kinderopvang. Maar veel pas afgestudeerden kiezen vaak toch voor het werken op een basisschool. “Dat ligt aan het imago van de kinderopvang”, legt Rachel uit. “Mensen denken dat werken in de kinderopvang hetzelfde is als oppassen op kinderen, maar dat is absoluut niet zo. Wij hebben ons bij SKA gespecialiseerd in de ontwikkeling van kinderen. Die eerste jaren zijn namelijk enorm belangrijk.”

Rachel den Boer, Ska Kinderopvang
Drie baby’s per medewerker
Tussen 2019 en 2022 zijn er in de kinderopvang 20.000 werknemers bij gekomen, blijkt uit cijfers van het onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn (AZW) uit 2023. Dat was echter niet voldoende om aan de vraag naar werknemers te voldoen. In 2022 had de kinderopvang de hoogste vacaturegraad ooit met 55 vacatures tegenover elke 1.000 banen. “De instroom is opgedroogd”, constateert Rachel.
In de kinderopvang wisselen mensen relatief vaak van baan vergeleken met andere bedrijfstakken. De helft van de mensen die wisselt van baan in de kinderopvang, vertrekt volledig uit de sector. Het tekort aan personeel binnen de kinderopvang zorgt voor Rachel en haar collega’s voor een enorm hoge werkdruk. “We werken vaker met invalkrachten en sneller roulerende teams terwijl kinderen juist behoefte hebben aan stabiliteit en bekende gezichten. Veel wisselingen in het team betekent ook dat we vaker collega’s moeten inwerken. Dat vraagt een investering van ons, zowel in werkuren als in het opbouwen van een relatie met de nieuwe collega.”
Een gevolg van die investering is dat er minder plekken zijn voor kinderen. Het verschilt per leeftijd van het kind hoe groot de groepen mogen zijn. Daarom is een grotere groep kinderen bij één medewerker niet direct een oplossing. Rachel: “Bij elke 3 baby’s moet er 1 pedagogisch medewerker zijn. Dat is wettelijk bepaald. Als kinderen 2 jaar oud zijn, mogen er al 8 bij één medewerker zitten.”
De oplossingen
Het oplossen van het werknemerstekort in de kinderopvang betekent het verminderen van het arbeidsmarkttekort in de hele maatschappij, vindt Rachel. “Als er meer mensen in de kinderopvang werken, kunnen we meer kinderen opvangen. Een pedagogisch medewerker maakt het mogelijk dat er gemiddeld 7 ouders kunnen werken of studeren. Maar als we geen medewerkers hebben om met kinderen te werken, moeten ouders andere oplossingen zoeken.”
De oplossing is er één van een lange adem. “We vissen nu in een andere vijver”, gaat Rachel verder. “Vorig jaar zijn we gestart met een groep werkzoekenden met afstand tot de arbeidsmarkt.” Het mbo-professionalsprogramma heeft samen met Ska Kinderopvang voor mensen met afstand tot de arbeidsmarkt een versnelde opleiding ingericht die ze tijdens het werk in de kinderopvang kunnen doen. In samenwerking met de gemeente Amersfoort, waar de meeste locaties van Ska Kinderopvang zitten, wordt deze opleiding pedagogisch medewerker niveau 3 aangeboden.
Daarnaast is er aan een andere groep die de Nederlandse taal nog onvoldoende machtig was, een taaltraject aangeboden. Hiermee is deze groep klaar voor een opleiding Helpende Welzijn niveau 2. Ook deze opleiding is door het mbo-professionalsprogramma ontwikkeld. Het praktijkgedeelte volgen de studenten bij Ska Kinderopvang. “In de kinderopvang is het belangrijk dat je taalniveau 3F beheerst”, legt Rachel uit. “Je werkt met kinderen in de eerste jaren van hun leven. Dat zijn de jaren die enorm belangrijk zijn voor hun taalontwikkeling. En dan niet alleen de kinderen vanaf een jaar oud. Met baby’s praat je ook veel, zodat ze woorden aan beelden leren linken.”
“We moeten creatief zijn met onze oplossingen voor de arbeidsmarktkrapte, waardoor we meer mensen aantrekken. Maar het is vooralsnog nog niet genoeg. Dat komt ook deels door de parttime cultuur die we in Nederland hebben.” In de kinderopvang werken vooral vrouwen. In Nederland werkt 77% van de vrouwen, maar 67% van hen werkt parttime. “Het helpt ook als we meer collega’s in de kinderopvang weten te bewegen een aantal uur meer te gaan werken.”
Het Ontwikkelpad Kinderopvang
Het Ontwikkelpad Kinderopvang is een op maat gemaakt pad dat de mogelijkheden voor mbo-praktijkleren in de kinderopvang inzichtelijk maakt. Het is een initiatief van de brancheorganisaties in de kinderopvang en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW).
Via het Ontwikkelpad kunnen kandidaten en medewerkers in de praktijk verschillende werkzaamheden leren. Ska draait daarin nu een tweede pilot, in samenwerking met het UWV. Rachel: “De eerste pilot mensen met afstand tot de arbeidsmarkt trok veel deelnemers aan. Zij volgden een mbo 3-opleiding en konden tegelijkertijd bij ons aan de slag. De tweede pilot groep volgt een niveau 2 opleiding en loopt stage als groepshulp. Na afronding van deze opleiding zouden ze kunnen doorstromen naar een mbo 3-opleiding. Dan hebben we daarna een volwaardige nieuwe medewerker. Dat is natuurlijk wel een flinke tijdsinvestering voor ons, maar we hopen dat we met het Ontwikkelpad straks een langetermijnoplossing hebben voor de arbeidsmarktkrapte.”
Van 2024 t/m 2026 kunnen kinderopvangorganisaties een tegemoetkoming krijgen voor een deel van de loonkosten van groepshulpen als zij groepshulpen helpen zich verder te ontwikkelen via (delen van) opleidingen.