20 JAN, 2021 • Europees nieuws
Na 7 jaar onderhandelen is er een investeringsakkoord tussen de EU en China
Op de valreep in 2020 is na 7 jaar onderhandelen een akkoord bereikt tussen de EU en China over investeringen, het Comprehensive Agreement on Investment (CAI). China is een van de belangrijkste handelspartners van de EU, waardoor goede handelsbetrekkingen en afspraken over investeringen voor ons een goed teken zijn. Afgaande op de eerste mededelingen van de Europese Commissie over het akkoord zijn wij positief gestemd over de inhoud. Dat gevoel wordt versterkt door de houding van de EU Kamer van Koophandel in China die, ondanks menig kritische noot in de afgelopen jaren, blij is met dit verdrag.
Gebrek aan wederkerigheid wordt aangepakt
Voor het bedrijfsleven is met name van belang dat dit akkoord de balans in de relatie met China poogt terug te brengen. Het gebrek aan wederkerigheid – bijvoorbeeld toegang tot de aanbestedingsmarkt – wordt hiermee aangepakt. Ook worden er concrete afspraken gemaakt om een gelijk speelveld te creëren in de investeringsrelatie. Dit gebeurt onder andere door afspraken over staatssteun, het tegengaan van gedwongen technologieoverdracht en afspraken over klimaat- en sociale normen.
Aantal kanttekeningen
Toch is het niet alleen maar positief. Zo zijn er kanttekeningen te plaatsen bij het geschillenbeslechtingsinstrument. Dit is met China op een state-to-state basis. Op staatsniveau worden dit soort kwesties al snel diplomatiek en daarmee onvoorspelbaar voor bedrijven. Daarnaast wordt er in dit EU-brede akkoord niet gesproken over investeringsbescherming. Een aantal bilaterale akkoorden die sommige EU-lidstaten met China hebben afgesloten bevatten die bescherming wel.
Benieuwd naar implementatie
Ondanks het streven van de Commissie normaal gesproken om bilaterale akkoorden zo snel mogelijk af te bouwen wanneer er in plaats daarvan een EU-breed akkoord is, roepen wij in dit geval op om dat nog niet te doen. Investeringsbescherming is essentieel voor ondernemers en de bilaterale akkoorden hebben dus een duidelijk toegevoegde waarde ten opzichte van het CAI alleen. Ook bestaan er zorgen over de naleving van het akkoord. Hoewel op onderdelen wordt voortgebouwd op een door China ingeslagen weg, lijken andere elementen juist lijnrecht in te gaan tegen de staatsgestuurde economische koers die het land heeft gekozen. Wij zijn daarom benieuwd om te zien hoe het verdrag in de praktijk geïmplementeerd gaat worden.
Binnenkort zal het Europese Parlement zich over het akkoord moeten buigen. Naast de bedrijfskant, die wij hierboven beschrijven, brengt dit ook grote politieke vraagstukken met zich mee. Bijvoorbeeld over de relaties in de driehoek EU-VS-China – rond de tijd waarin de VS een nieuwe president krijgt – of over de mensenrechtensituatie in China. Kortom, het laatste is nog niet over dit verdrag gezegd.