'Door netcongestie kunnen wij ons bedrijf niet duurzaam achterlaten'

30-05-2023

Directeur Edwin Beentjes van distributeur CTS GROUP in Nieuw-Vennep is een rationeel mens. Wat niet kan, kan niet, dus kijkt hij naar wat wél kan. Maar als je graag wilt verduurzamen, daar zelfs op aangedrongen wordt door de overheid, dan is het zuur dat er onvoldoende capaciteit op het elektriciteitsnet is. Wat als je je bedrijf graag duurzaam wil achterlaten aan de volgende generatie, maar dat zo niet kan?

 

CTS GROUP is een distributeur, legt Edwin Beentjes uit. Dat is wat anders dan een transportbedrijf dat van A naar B rijdt. CTS GROUP-vrachtwagens rijden in de rustige uren door heel Europa naar overslaglocaties dicht bij de uiteindelijke bestemming. In die vrachtwagens zit alles wat niet snel bederft of extreem kwetsbaar is bij het meerdere malen in- en uitladen. Vanuit de overslaglocaties wordt de lading door kleinere vrachtauto’s naar de diverse eindpunten gereden voor de final mile levering. Het grootste deel van de honderd vrachtwagens van CTS bestaat uit vrachtauto’s die geschikt zijn voor regionale- en stadsdistributie. Dat is een vervoerstak die steeds vaker te maken krijgt met milieuzones in steden. Emissieloos transport is dan bijna verplicht.

 

‘Mijn zakenpartner en ik lopen beiden tegen de zestig, dus onze houdbaarheidsdatum komt in zicht’, zegt de ondernemer niet zonder zelfspot. ‘Wij willen het bedrijf dat wij de afgelopen achtentwintig jaar hebben opgebouwd te zijner tijd goed overdragen aan onze opvolgers en dus nu verduurzamen. Dat ze niet denken: bedankt dat je ons met de problemen laat zitten.’ Daarop hebben we als CTS GROUP een duurzaamheidsvisie en -strategie geschreven. Alleen al het wagenpark van honderd eenheden elektrisch opladen wordt een enorme taak.

 

'Wij willen ons bedrijf duurzaam achterlaten'

 

Nauwelijks verduurzamen door netcongestie

De duurzaamheidsproblemen die Beentjes probeert te vermijden, worden vergroot omdat het bedrijf de afgelopen jaren uit zijn jasje groeide en een nieuw pand noodzakelijk is. Daarvoor zoekt hij een andere locatie in Nieuw-Vennep of omgeving. CTS GROUP heeft in de Haarlemmermeer een grote logistieke op- en overslaglocatie en ook nog twee parkeerterreinen in de buurt waar het merendeel van zijn vrachtauto’s staat. Die drie locaties wil Beentjes bij elkaar voegen. ‘Wij kunnen op deze plek niet uitbreiden en het pand is nauwelijks te verduurzamen. Het pand is gebouwd voordat mensen eraan dachten dat je er honderden zonnepanelen op kwijt kunt bijvoorbeeld. Als we dat zouden doen, stort het dak in door het gewicht van de panelen. Maar in de Haarlemmermeer is grond schaars. Lege percelen worden niet uitgegeven omdat er geen stroomaansluiting kan komen. Als ik zou weten wanneer er grond beschikbaar komt, kan ik plannen en kunnen we echt aan de slag met onze duurzaamheidsstrategie.’

 

Ondertussen zit CTS GROUP noodgedwongen aan een druppelinfuus als het gaat om verduurzaming. Er kunnen maar kleine stapjes worden genomen. ‘Overstappen op elektrisch rijden is voor ons nu niet mogelijk. We kunnen alleen de twee vrachtauto’s die we nu al hebben aan het net hangen. Dat is wel goed om onze chauffeurs te laten snuffelen aan elektrisch rijden, maar het is niet de schaal die wij willen. Accu’s of laadstations die je nu installeert, moet je ook nu kunnen inzetten. De ontwikkelingen gaan zo snel dat over twee jaar de techniek van nu er niet meer toe doet. Het is net als in de beginjaren van de mobiele telefoon.’

 

Energiebelasting verhogen

En of het probleem met het elektriciteitsnet niet genoeg is, wil de overheid ook de energiebelasting verhogen op gebruik van fossiele brandstoffen. Dat moet de overstap naar bijvoorbeeld elektriciteit of waterstof bevorderen. Alsof Beentjes dat niet wil. ‘Ons probleem wordt alleen maar groter gemaakt. Van de overheid moeten we nu voor verwarming ook over op elektra en daar is dus geen plek voor op het net.’ Dus moet CTS GROUP ondanks de verduurzamingsplannen noodgedwongen een ‘verduurzamingsboete’ betalen.

 

'Verhoging van de energiebelasting maakt ons probleem alleen maar groter'

 

Om niet bij de pakken neer te zitten, heeft Beentjes de koppen bij elkaar gestoken met collega-ondernemers op het bedrijventerrein Nieuw-Vennep-Zuid. ‘We zijn aan het onderzoeken of we samen iets kunnen ondernemen voor energieopwekking. De energie die wordt opgewekt, gebruiken we dan zelf met alle ondernemers. Op de langere termijn zouden we het bedrijvenpark los van het stroomnet willen, helemaal zelfvoorzienend. Met een eigen laadplein, zoals je nu vaak ziet dat bedrijven een eigen dieseltankstation hebben.’

 

Voor de kortere termijn kijkt hij met elektriciteitsbedrijf Vattenfall of de bestaande aansluiting efficiënter gebruikt kan worden. Het stroomnet regelt zelf de piekspanning. Daardoor kunnen misschien extra laadpunten gemaakt worden voor elektrische voertuigen. Die worden opgeladen als ergens anders in het bedrijf het stroomverbruik even daalt.

 

Met de fiets

Is het bedrijf verplaatsen naar een andere regio geen oplossing? Zeker niet, zegt Beentjes resoluut. ‘Ik heb driehonderdvijftig man personeel en 80 procent daarvan komt op de fiets naar het werk. Verplaatsen betekent automatisch buiten de Randstad. Ik zie graag dat zo veel mogelijk mensen op de fiets naar het werk gaan, dan moet ik ze niet in de auto jagen om 100 kilometer naar hun werk te rijden. Dat is toch gek als ik wil verduurzamen? Trouwens, wie garandeert mij dat ik niet hetzelfde probleem krijg als ik elders in Nederland een locatie vind die geschikt is voor een distributiebedrijf.’

 

Op de hoogte blijven van onze beste artikelen? Schrijf je dan gratis in voor onze nieuwsbrief.