3 MRT, 2025 • Made in Holland
‘Ik wil laten zien dat het wáár is wat wij roepen’
Nederlandse ondernemers maken heel bijzondere, innovatieve dingen. Vaak met internationaal succes. Het zijn bedrijven en producten om trots op te zijn. In Made in Holland laten we mooie voorbeelden zien van maakbedrijven van eigen bodem. Aflevering 9: Pottenmaker Capi.
Toine van de Ven ging naar China, op zoek naar lichtere materialen voor zijn stenen bloempotten, want sommige van zijn klanten konden de grote exemplaren nauwelijks tillen. De eigenaar van Capi Europe (circa honderd medewerkers) vond wat hij zocht, en hij werkte jarenlang samen met een Chinese fabriek. ‘Maar uiteindelijk vond ik het niet fijn om de productie tienduizend kilometer van huis te hebben’, zegt hij.
Dus ging hij reshoren: hij haalde ruim tien jaar geleden een deel van de productie terug naar Brabant. Zeventien jaar eerder was hij daar begonnen met het gieten van betonnen engelen en torso’s. ‘Mensen verklaarden me voor gek’, zegt hij. Want in China is productie goedkoper.
Wat vond Van de Ven dan niet fijn aan China? Hij legt het uit in de hypermoderne fabriekshal van zijn bedrijf in Tilburg (in bedrijf sinds 2017): ‘Je partner daar bepaalt het tempo van de groei, hij bepaalt de kwaliteit. Ik wilde dat in eigen hand houden. Ik dacht ook dat wij het in Nederland beter konden .’ Tijdens corona bleek de reshoring een voordeel: de kosten voor containervervoer explodeerden, maar dit deel van de productie van Capi had daar geen last van.
‘De overheid wil dat we een productieland zijn, maar ontmoedigt dat’
Nu hoeft Van de Ven maar een paar trappen af en hij staat in de productiehal of in het magazijn met 300 duizend potten. Potten in alle soorten en maten. Maar wel altijd in de kleuren zwart, antraciet, grijs, wit en als toegift goud. Je tilt ze makkelijk op: ze zijn gemaakt van kunststof met een houtvezel.
Bij de bouw van zijn nieuwe fabriek dacht Van de Ven duurzaam. Tijdens de voorbereiding van de reshoring was hij daar het belang van gaan inzien. Op het dak van de hal liggen 7.850 zonnepanelen, extra energie komt uit restwarmte – Capi Europe gebruikt geen gas. De scherpe randjes die van de potten worden afgesneden, worden gebruikt in nieuwe potten. Dankzij een uniek procedé dat Van de Ven bedacht met zijn medewerkers kost het gieten van de potten 80 procent minder energie dan gebruikelijk.
Dat zit zo: de mallen waar de potten in worden gemaakt, zijn bevestigd aan achttien robotarmen. Het is ook aan die armen dat ze worden verhit. De mallen gaan dus niet in een oven, zoals gewoonlijk bij rotatiegieten. Veertig minuten zijn ze rustig aan het kantelen, wiegen en draaien aan die arm. In die tijd krijgen de potten ook hun kenmerkende oranje binnenkant, de kleur van deze isolerende en verstevigende laag is een knipoog naar de productie in Nederland.
Nederland is geen productieland, vindt Van de Ven. ‘De overheid wil wel dat we dat zijn, maar ontmoedigt dat. Je moet je houden aan duizenden regels.’ Toch zocht hij bewust nóg meer regels: sinds 2023 is Capi Europe B Corp-gecertificeerd. Dat keurmerk krijg je als je genoeg punten scoort op milieu- en sociale criteria. Een team was maanden fulltime bezig met vragenlijsten invullen en documenten verzamelen. Waarom al die moeite?
‘Er wordt zó veel gelogen over duurzaamheid’, zegt Van de Ven met een frons. ‘Het is een containerbegrip geworden. Dat stoort me. Ik wil laten zien dat het wáár is wat wij roepen, over het productieproces, over de zonnepanelen, over de restwarmte.’ Welzijn van medewerkers wordt ook meegenomen: er is een sportzaal, en elke dinsdag gaat een clubje medewerkers rennen. Volgend jaar is de hercertificatie. ‘We gaan dan uiteraard voor een hogere score .’
Handig: de wekelijkse Forum-alert
Meld je aan voor de nieuwsbrief en ontvang de gratis updates.