18 NOV, 2020 • Europees nieuws
Een EU-gezondheidsunie: de nieuwste plannen
In haar State of the Union betoogde de voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen dat er moest worden gebouwd aan een sterkere Europese gezondheidsunie. Een nieuwe stap in Europese samenwerking, die door COVID-19 is versneld. De eerste drie bouwstenen voor deze Gezondheidsunie werden woensdag 11 november jl. gelegd, met drie voorstellen voor wetgeving:
- Nieuwe wetgeving over ‘Serious cross-border threats to health’
- Een voorstel voor de vernieuwing en uitbreiding van het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA)
- Een voorstel voor het uitbreiden en versterken van het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC)
Europese samenwerking op gezondheid is nodig
Voor een stevigere samenwerking tussen de lidstaten is zeker aanleiding. Aan het begin van de Covid-19 crisis hadden de lidstaten niet de reflex om bij het nemen van grensmaatregelen op zijn minst af te stemmen met buurlanden en naar Europese coördinatie te streven. Hoewel gezondheidsbeleid een nationale competentie is en er dus een formele rechtvaardiging was voor nationaal handelen, waren de gevolgen voor de interne markt zo groot dat coördinatie op vrijwillige basis voor de hand had gelegen. Met het opstellen van een richtlijn heeft de Commissie ordenend kunnen optreden en zien we tijdens deze tweede golf niet meer dezelfde chaos bij de grenzen als tijdens de eerste. Wat echter blijft is dat de EU-lidstaten nog steeds, hoewel nu in mindere mate, uiteenlopende regels over onder andere testen en quarantainevoorschriften hebben.
Samenwerking tussen de Europese laboratoria
De Commissie stelt voor om een EU-netwerk voor ‘erkende laboratoria’ in EU-lidstaten op te zetten. Op die manier kan er effectief en gecoördineerd worden gewerkt aan de validering van (snel)testen. Dit is positief, omdat op die manier gewerkt kan worden aan efficiënte kennisdeling. Dit is belangrijk, omdat het uitrollen van een omvangrijk testbeleid een voorwaarde is voor omgaan met COVID-19 in de komende tijd.
Coördinatie door de ECDC
In het nieuwe voorstel kan de ECDC beleidsvoorstellen doen over coördinatie en harmonisering van maatregelen op gezondheidsgebied. Die kunnen worden ingebracht bij de ‘Health Security Committee’, een Commissie van alle ministers van gezondheid van de lidstaten. Het is positief dat de ECDC hier een coördinerende rol kan spelen, en beter vorm kan geven aan het (meer) gezamenlijk optrekken in Europa. Dat is belangrijk, om door het scheppen van helderheid in het lappendeken aan regels met betrekking tot testen en quarantaine een voorwaarde is voor een goed functionerende interne markt.
EU-farmastrategie
De farmaceutische strategie van de EU, die 24 november van dit jaar wordt gepubliceerd, kan ook een belangrijke rol spelen in ondersteunen van het Europese ecosysteem voor medisch onderzoek te ondersteunen. Ook kan het de weerbaarheid van de EU tegen mondiale gezondheidsbedreigingen vergroten. Daarnaast is deze strategie nodig omdat de EU minder afhankelijk dient te worden van derde landen voor (de productie van) medicijnen en grondstoffen. Wel met instandhouding van de internationale waardeketens.
Europese Health Data Space
Digitalisering in de zorg is een andere bouwsteen voor een Europese gezondheidsunie. Onder andere betreft dit het delen en gebruik van medische data. Voor dit ‘secundair’ gebruik van medische gegevens zijn duidelijke spelregels nodig. Bij voorkeur geldig voor heel Europa (als zusje van de AVG-richtlijn). Met die waarborgen kan een Europese ‘Health Data Space’ een belangrijke bijdrage leveren aan een vitale en gezonde samenleving. Wij kijken uit naar het Commissievoorstel wat in het najaar van 2021 wordt gepubliceerd.
VNO-NCW en MKB-Nederland zien potentie en duidelijk toegevoegde waarde van meer samenwerking op gezondheidsvlak in Europa. Met een interne markt en vrij verkeer van goederen is het afstemmen en gezamenlijk optrekken op gezondheidsgebied nodig. Een optimale EU-coördinatie is van belang: óók op vrijwillige basis op de terreinen waar de EU geen competentie heeft; daar moet op zijn minst afstemming en informatie-uitwisseling plaatsvinden. Hierbij is snelheid geboden: de EU-coördinatie voor Europese laboratoria zien wij graag op korte termijn vorm krijgen.