20 APR, 2016 • Interview
Andre Snellen: 'Ons pensioenstelsel moet fundamenteel anders'
En wéér zitten veel pensioenfondsen in de problemen. Nu door de lage rente. Wordt het niet eens tijd iets te veranderen aan het pensioen? Ja, zegt André Snellen (Pensioenfonds Detailhandel). Het moet fundamenteel anders. ‘Werknemers zien niet dat de werkgever drie keer meer bijdraagt dan zijzelf.’
Acht jaar na het begin van de financiële crisis zijn veel pensioenfondsen terug bij af. Door de lage rente zijn veel dekkingsgraden weer gezakt tot onder de kritische grens. Tenzij de beurs voor een wonder zorgt, zal een aantal fondsen gedwongen zijn pensioenuitkeringen te verlagen. Volgens André Snellen, naast ondernemer ook werkgeversvoorzitter van Pensioenfonds Detailhandel en bestuurslid van de Pensioenfederatie, móet er nu iets fundamenteel veranderen. ‘Als we draagvlak willen behouden, lijkt het onvermijdelijk dat ons pensioenstelsel op de schop gaat.’
Meneer Snellen, u gaat werknemers vertellen dat hun pensioen omlaag gaat?
‘Bij ons speelt dat niet zo direct. Maar zorgen maak ik me zeker. Niet omdat de pensioenpot leeg zou zijn. Dat is echt kul: er is nul procent kans dat die pot in onze levensdagen leeg raakt. Maar wel omdat er een voorschot wordt genomen op ontwikkelingen in de toekomst. De rente kan heel netjes gaan stijgen en dan kan alles weer opfleuren. Maar wat als dat niet gebeurt? Wie betaalt de prijs van die onzekerheid en belangrijker, communiceren we daar helder over?’
Veel pensioenbestuurders zeggen: Er is geen probleem, de rendementen zijn prima.
‘De rendementen zijn ook nog steeds goed. In 2014 hebben wij 34 procent rendement behaald, waarvan 20 procent door de renteafdekking. Maar het gaat niet alleen om rendement, maar om de combinatie van rendement en risico. Voor 2008 was het rendement op beleggingen zonder risico ongeveer 4 procent. Nu is dat zo’n beetje nul procent. Als je als bestuurder met hogere rendementen wilt rekenen, moet je dus meer risico nemen. En afspreken bij wie dat risico ligt. Bij ouderen? Bij jongeren? Díe discussie moet je met elkaar aangaan. En niet alleen zeggen dat je anders wilt rekenen. Dat is niet het hele verhaal.’
Wat als de rente niet meer stijgt?
‘Dan ben je nu pensioenen aan het toezeggen en uitkeren die te hoog zijn of die je niet gekort hebt, en die je voor het nakomen van de afspraak aan jongeren, wel had moeten korten. We hebben nu eenmaal een kapitaal gedekt stelsel, premies worden belegd om er later pensioenen van te betalen. Van dat kapitaal zijn we afhankelijk. Als dat door de ECB, om goede politieke redenen, ‘waardeloos’ wordt gemaakt doordat de rente op nul staat, dan is het niet raar dat de pensioenfondsen in de problemen komen.’
Is er een manier om onder risico’s uit te komen?
‘Zonder additionele afspraken kan dat, tegen dezelfde prijs, alleen door de pensioenen te verlagen. Als je meer risico moet nemen in je beleggingsbeleid, kan dat veel beter uitpakken, maar ook slechter. Zouden we individuele pensioenpotjes krijgen, en die kant zou het op kunnen gaan, dan zal er sowieso door sommigen meer risico genomen worden. De onzekerheid wordt dan alleen maar groter.’
Wie is André Snellen?
André Snellen (48) is sinds 2014 voorzitter van het Pensioenfonds Detailhandel. Hij studeerde (economische) psychologie aan de Universiteit van Tilburg. En was na zijn afstuderen onder meer mede-eigenaar van meerdere bedrijven in de it en de consultancy. Hij is ook actief als penningmeester voor Stichting Haarwensen en is kandidaat-raadslid voor D66 in Breda.
Het collectief pensioen kan ook worden afgeschaft. Dan kan iedereen zelf zijn keuzes maken.
‘Dat willen werkgevers niet. Die willen, aan het einde van het werkzame leven, netjes afscheid nemen van hun werknemers. Dat kan niet als die niks aan hun pensioen hebben gedaan. Fiscaal is de ruimte er voor mensen om zelf iets te regelen. Maar ze doen het niet.’
Diezelfde ondernemers voelen er ook niet voor telkens bij te storten als het pensioenfonds tekort komt.
‘Nee, toen die afspraak werd gemaakt, zag de wereld er nog heel anders uit. Nu heb je bedrijven met zulke grote pensioenfondsen dat de fluctuaties in dat fonds meer invloed hebben op de winst van het bedrijf dan waar het bedrijf daadwerkelijk mee bezig is. Ik begrijp dat werkgevers zeggen dat dat geen gezonde situatie meer is en dat ze van die verplichting af willen. Dan moet je met de werknemers in overleg.’
Misschien moeten werknemers wel meer bijleggen, zodat de verdeling tussen hen en de werkgever eerlijker wordt?
‘Daar zou ik voor zijn. Dan wordt de werknemer ook duidelijker wat er in de pensioenregeling wordt gestopt. Maar dat laat onverlet dat als het pensioenfonds tekort komt, eigenlijk alleen de werkgever kan bijstorten. Een werknemer is daar in de regel niet toe in staat.’
Waarom regelen we de pensioenen niet centraal in plaats van per branche?
‘Omdat er enorme verschillen tussen branches zijn. Een pensioen voor alle werkende Nederlanders hebben we eigenlijk al in de vorm van de AOW. Als je dat ook nog eens relateert aan salaris en centraal gelijk wilt regelen, dan kun je collectief echt alleen een minimale opbouw realiseren. Anders worden de werkgeverslasten in sommige branches te groot. Maar je houdt een dubbel systeem, want veel bedrijven met hogere salarissen willen wel wat extra’s doen – als motiverende arbeidsvoorwaarde. En de AOW dan maar hoger maken, daar gaat mijn voorkeur niet naar uit. Wel wordt er bijvoorbeeld binnen de handel gekeken of fondsen niet meer samen kunnen werken en of het binnen de branche meer centraal kan worden geregeld.’
‘Ouderen? Jongeren? Bij wie ligt het risico dan straks?’
Stork was in 1881 de eerste met een pensioenfonds. Wist u dat?
‘Ja, recent ben ik voor een opfriscursus in de geschiedenis van de fondsen gedoken. Het startte met een nabestaandenpensioen. Als pa overleed, kwam de weduwe met kinderen aan de fabriekspoort om geld vragen. De eigenaren van de fabrieken hebben toen een potje opgezet om dat te kunnen regelen. Dat was destijds voor werknemers een enorm motiverende arbeidsvoorwaarde en dat is uitgegroeid tot het pensioen zoals we dat nu kennen.
Werknemers ervaren dat nu anders.
‘Ja, dat is een groot probleem. Werknemers zien niet dat de werkgever drie keer meer bijdraagt dan zijzelf. Ze denken dat ze worden gefopt. ‘Het is mijn salaris!’, zeggen ze dan. ‘ En dat wordt dan in een potje gestopt waar ik niks van snap, en dan worden er ook nog eens hele ingewikkelde dingen mee gedaan!’ Naast het primaire loon is het pensioen vaak het kostbaarste deel van de arbeidsvoorwaarden. Het is dus de moeite waard om te kijken hoe het motiverende karakter daarvan weer terug kan komen.’
Werknemers hebben een onrealistisch beeld van hun pensioen?
‘Klopt. Ik heb enkele jaren in de commissie communicatie gezeten van het pensioenfonds en daar was de-70-procent-mythe een belangrijk begrip. Je krijgt geen 70 procent van je laatst verdiende loon maar die mythe zit, ook nu nog vaak, in hoofden van werknemers. In contracten staat ook al decennia dat pensioenen verlaagd mogen worden, ook al gebeurt dat niet snel en is daar in de goede tijden nauwelijks over gecommuniceerd. Pensioenfondsen proberen dat nu met man en macht bij iedereen tussen hun oren te krijgen. Maar je krijgt dat allemaal maar moeilijk overgebracht. Als mensen het woord pensioen horen, vallen ze in een diepe slaap. Brieven van het pensioenfonds worden niet opengemaakt.’
‘Naast loon is pensioen het kostbaarste deel van de arbeidsvoorwaarden’
U hebt daar last van?
‘Dat communiceert lastig kan ik je vertellen. Werknemers maken nu bijvoorbeeld ook amper gebruik van de keuzes die er zijn. Je kunt, bijvoorbeeld als je geen partner hebt, je partnerpensioen omzetten naar een ouderdomspensioen. Of hoog-laag constructies, waarbij je in de beginperiode een hogere uitkering krijgt en daarna lager. Allemaal keuzes waar nauwelijks gebruik van wordt gemaakt. Terwijl er aan de andere kant wel gevraagd wordt om meer keuzes. Werknemers doen zichzelf een plezier als ze zich er echt wat beter in verdiepen.’
Kunt u contouren van een toekomstig stelsel schetsen?
‘Die vraag ligt bij de sociale partners. Die moeten daar keuzes in maken, en wij voeren dat uit. In kranten lees je over individuele potjes en meer recent over meer omslagstelsel. Dat er aanpassingen komen, lijkt me evident. De overheid moet dan wel de ruimte geven voor verandering – in 2010 is die niet gegeven.’
Maar u heeft toch wel een persoonlijke mening hierover?
‘Absoluut, die heb ik. Maar die hier uiten voegt niets toe en mijn mening is in deze fase ook niet relevant. De kip moet rustig kunnen broeden.’
Handig: de wekelijkse Forum-alert
Meld je aan voor de nieuwsbrief en ontvang de gratis updates.