'Er is vuur in jouw etalage!' Hoe ga je dan verder als ondernemer?

15-09-2023

PING. Op het moment dat ze het glas van de etalage hoort kraken, weet kapster Nahid Habibnjad: dit gaat fout. De brand laat niets over van haar pas verbouwde zaak. Ze denkt er nog regelmatig aan – en wat een godsgeschenk dat haar klant veilig buiten is gekomen.

 

De dag begint al raar. Eerst belt haar nicht uit Iran haar wakker. Die is niet blij met het filmpje dat kapper en schoonheidsspecialist Nahid Habibnjad heeft verstuurd van haar nieuwe zaak – met boven een kapsalon en in de kelder een wellness studio. Flink verbouwd door haar man Ronald tijdens de coronacrisis. Het resultaat deelt Habibnjad trots op sociale media. ‘Mijn nicht vond dat niet kunnen. Denk aan het boze oog, zei ze, zo roep je ongeluk en afgunst over je af. Belachelijke reactie. Waarom mag ik niet trots zijn op de zaak die ik al 20 jaar run?’ Toch zit de ondernemer ermee in haar maag.

De dag wordt er niet beter op. Habibnjad gaat bij haar oudste zoon langs om gordijnen te naaien voor in zijn nieuwe boot. Dat hebben ze zo afgesproken. Maar eenmaal aangekomen - naaimachine mee - blijkt dat ze de dynamo is vergeten. Geen gordijnen dus, helaas.

Eerder dan gepland rijdt ze terug naar de zaak. ‘Daar stak ik de kaarsen aan. Dat vind ik gezellig, dat doe ik altijd.’ Dan belt haar jongste zoon – ook zoiets geks. ‘Hij belt nooit overdag. Hij wilde me een mooie dag wensen. Die middag zou hij met zijn broer langskomen om de nieuwe zaak te bekijken.’

 

Vuur in de etalage

Al gauw arriveert de eerste klant. ‘Een vrouw die last had van somberheid. Ze had van haar dochter een ontspanningsbehandeling cadeau gekregen. Het was voor haar de eerste keer in een schoonheidssalon. Ze leek gespannen, onzeker. Dat sloeg over op mij.’

Habibnjad wijst naar een bed in de studio. ‘Kijk, daar lag ze, op die plek. Elke keer vroeg ik: is de muziek naar je zin, heb je het warm genoeg? Normaal gesproken ga ik tussendoor naar boven voor een kop koffie. Maar ik was zo gefocust op deze vrouw; die dag deed ik dat niet.’

Dan wordt Habibnjad gebeld door de volgende klant, die buiten staat. ‘Die zei: je moet nú naar boven komen. Er is vuur in jouw etalage!’ Eenmaal boven ziet Habibnjad dat de gedroogde bloemen naast de kaarsen in brand staan. ‘Ik was een teil met water aan het vullen toen ik hoorde: woeshhh. Alle decoratie, ineens, in vlammen. Daarna hoorde ik het gekraak van de ramen en ik besefte: ik moet nú weg.’

Buiten is het chaos. De buren en wijkbewoners zijn toegesneld, mensen bellen, in de verte loeien sirenes. En dan denkt ze opeens aan haar klant. ‘Ik schreeuw dat er nog een klant beneden is en loop naar de deur, maar ik word tegengehouden. Met zijn allen hebben we staan gillen. Gelukkig hoorde de vrouw ons. Ze kwam naar buiten, haarband op haar hoofd, ontbloot bovenlichaam, helemaal in paniek. Meteen nam ik haar in mijn armen.’

De brandweer is gearriveerd, net als de ambulance, die de klant voor de zekerheid meeneemt. ‘Diezelfde dag is ze weer naar huis gestuurd. Ze had geen brandwonden.’

Haar zoons zien in plaats van de nieuwe zaak alleen as. ‘Ze zeiden: mama, het is iets wat moest gebeuren deze dag. Het was onontkoombaar. Misschien was je daarom onrustig. En ik? Ik kon alleen huilen.’

 

Smartengeld

De schade? Ruim een ton. ‘Gelukkig sloot ik een verzekering zonder clausules af. Ze keerden alles netjes uit.’ Haar huurbaas herstelt het casco: plafond, wanden en kozijnen. Een nieuwe keuken, vloer, verlichting, alle afwerking, alle elektra – dat moet de ondernemer wel zelf betalen.

’s Nachts slaapt Habibnjad niet meer. Het is vooral de klant over wie ze piekert. ‘Voor mijn gevoel heb ik alles netjes gedaan. Maar zij had het gevoel dat ik haar in de steek had gelaten.’ Lang verhaal kort: telefoontjes van Habibnjad worden niet beantwoord. De vrouw wil niks meer met haar te maken hebben. Wel stuurt ze via een advocatenkantoor een brief ‘Aansprakelijkheidsstelling’. Ze wil smartengeld van Habibnjad voor de psychische schade die ze heeft geleden. ‘Toen ik die brief las, dacht ik: wat gebéurt hier. Ons leven brokkelt af. De contra-expert stelde me gerust: dit is niet Amerika, waar iedereen elkaar voor de rechtbank sleept.’ Maar toch schieten Habibnjad’s gedachten alle kanten op. ‘Wat als er wél iets met de klant was gebeurd? Wat als de zaak niet in orde komt? Moet ik mijn hele leven lang voor haar blijven werken?’ Ze krijgt gordelroos – ‘van de stress’.

 

Kerk

Het zijn vooral haar man en ‘haar jongens’ die haar door deze moeilijke periode slepen. ‘De oudste kwam me elke dag insmeren met aloë vera, tegen de gordelroos. Met de jongste ging ik wandelen. Mijn man begon langzaam de zaak op te bouwen. Ik voelde me zó schuldig – stond hij daar weer. Maar hij stelde me gerust: dit doe ik voor jou, ik kán niet anders.’

Ook van haar kerk krijgt ze steun. Via een inzamelingsactie wordt bijna 2.000 euro opgehaald. ‘Uiteindelijk is materie niet belangrijk. De liefde die ik voelde, díe telt. Mensen van de kerk kwamen me bezoeken, ze hielden gebeden voor me, het hele huis stond bomvol bloemen.’

Op advies van branchevereniging ANKO deelt Habibnjad haar verhaal op Facebook. ‘In no time doneerden collega’s en leveranciers handdoeken, shampoo, haarverfproducten, crèmes. Op een gegeven moment reikten de dozen tot aan het plafond. De warmte van deze mensen, iedere dag moest ik erom huilen. Waarom? Omdat iedereen zo betrokken was bij mijn verhaal. Daardoor vergat ik mijn eigen problemen.’

Tien maanden na de brand opent ‘Chez Anahid’ weer haar deuren. ‘Ik leef nu bewuster. Ik zie helderder: dit heb ik verloren, dit heb ik, en dit ga ik krijgen.’ Ook is ze ‘liever’ voor zichzelf. ‘Ik gaf gigaveel aandacht aan mijn klanten, waardoor ik mezelf wel eens vergat. Dan had ik om 10 uur ’s avonds nog niet gegeten. Nu focus ik me meer op mezelf. Want als jij goed in je vel zit, kun je opstaan na een val. Je kunt beter ontvangen en accepteren.’

Herhaaldelijk zei ze tegen zichzelf: je hebt niets fout gedaan. ‘Het was een ongeluk. Dat is gebeurd, blijf het jezelf niet kwalijk nemen. Anders kun je niet dóór.’ En de aansprakelijkheidsstelling? Daar is niets meer uitgekomen. ‘De contra-expert heeft echt voor ons gestreden.’

 

Feniks

Nog één ding wat ze móet vertellen. ‘Mijn man Ronald en ik gingen langs bij de kapsalon, na de brand, om te kijken wat er nog te redden viel. Maar er was vrijwel niets. We wilden net weggaan toen Ronald zei: he, wat is dit? Hij haalde iets uit het puin….het was mijn bijbel. Tussen alle verbrande spullen ongeschonden gebleven.’ Die bijbel neemt ze mee, net als haar ‘zielige, gesmolten pinautomaat’ en haar gesmolten kammen en schaar. Die staan in de zaak, als monument. ‘Om me eraan te herinneren wat er is gebeurd en om dankbaar te zijn voor wat ik nu heb.’

Een buurvrouw noemde haar op Facebook een feniks, herrezen uit de as. Sterker. ‘Zo voel ik me ook. Niemand kan dat kapot maken. Alleen God. Maar die heeft andere plannen met mij.’

 

Op de hoogte blijven van onze beste artikelen? Schrijf je dan gratis in voor onze nieuwsbrief.