7 JUL, 2020 • Interview
Johan Remkes: ‘Bedrijf mag niet weer in stikstoffuik lopen’
Hij beseft dat ondernemers na de coronacrisis weer snel willen bouwen en investeren, maar een juridisch houdbaar stikstofbeleid is de eerste prioriteit van Johan Remkes, voorzitter van de adviescommissie Stikstofproblematiek. ‘Bedrijven mogen niet wéér in de fuik lopen.’
Johan Remkes was in Portugal op vakantie toen hij vorig jaar werd gebeld door minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Of hij voorzitter wilde worden van een adviescommissie die zich over het stikstofbeleid moest buigen. Sinds de afwijzing door de Raad van State van het Programma Aanpak Stikstof (PAS) in mei 2019 liggen de bouw en andere economische activiteiten stil. En daar is de coronacrisis nog eens overheen gekomen. Een dubbele crisis. Hoog tijd dus om bedrijven weer de ruimte te geven om te ondernemen en te bouwen.
Wie is Johan Remkes?Johan Remkes (69) werd Kamerlid voor de VVD in 1993. Tussen 1998 en 2002 was hij staatssecretaris Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. In 2002 werd hij minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Hij verliet de Tweede Kamer in 2010 en werd Commissaris van de Koningin in Noord-Holland tot 2019. Naast voorzitter van de adviescommissie Stikstofproblematiek was hij waarnemend burgemeester van Den Haag tot 1 juli van dit jaar.De commissie-Remkes heeft er uiteindelijk bijna een jaar over gedaan om tot een eindadvies te komen. Want ja, zo gaan die dingen in de politiek. Remkes was in de tussentijd ook waarnemend burgemeester van Den Haag geworden. Zijn belangrijkste advies: het kabinet moet méér doen om de uitstoot van stikstof terug te dringen. Minder uitgaan van vrijwilligheid en meer dwingen. Dan kan de uitstoot in 2030 met 50 procent worden teruggebracht, in plaats van de 26 procent die het kabinet zelf voor ogen heeft.
Meneer Remkes, bent u blij dat het erop zit?
‘Ik ben blij dat we een stevig en fatsoenlijk advies hebben uitgebracht. Het belangrijkste is dat er weer natuurvergunningen worden vergeven door de provincies, dat bedrijven weer aan de bak kunnen.’
Heeft de coronacrisis het advies beïnvloed?
‘Praktisch wel, want we moesten externe consultaties op afstand doen. Maar de inhoud van het advies is er niet door beïnvloed. Goed, we hebben nu wat schonere lucht omdat er een tijd niet is gevlogen en er minder mobiliteit op de weg was, maar dat komt allemaal weer terug als de economie weer aantrekt. Het probleem is niet weg.’
Die natuurvergunningen vormen het hart van het probleem voor ondernemers.
‘Nou, het hart ligt bij de natuur. De minister is nu aan zet. Zij moet goede afspraken maken met de provincies over de vergunningverlening. Die provincies zijn niet allemaal gelijk. De problematiek in Brabant is van een andere orde dan die in Groningen. Maar de provincies – en de gemeenten, die over de meeste andere vergunningen gaan – zijn na de uitspraak van de Raad van State doorgeslagen in een schrikreactie en hebben álle procedures stopgezet. Dat was niet nodig geweest.’
‘Provincies zijn doorgeslagen in schrikreactie’
De provincies zijn op hun handen gaan zitten.
‘Ik begrijp ergens wel dat ze de nieuwe werkelijkheid wilden afwachten. En stikstof is ook wel gebruikt als excuus om vergunningen af te wijzen of procedures stop te zetten. Ik noem als voorbeeld het uitstel van de verbouwing van het Binnenhof. Dat heeft in de eerste plaats te maken met andere overwegingen dan stikstof: het gedoe met de Tweede Kamer over architecten, de wens van de Kamer om pas na de verkiezingen te verhuizen.’
Ondernemers betwijfelen of de provincies nu wél gaan bewegen.
‘Ze gaan zeker serieus aan de slag omdat ze er zelf belang bij hebben dat het regionale bedrijfsleven weer aan de slag gaat. Het is niet zo dat ze eigenlijk liever niets doen.’
Waarom hebben ondernemers dan dat gevoel?
‘Laten we niet vergeten: de uitspraak van de Raad van State loog er niet om. Dit is nou ty-pisch een voorbeeld van in een veel te laat stadium onderkennen wat de gevolgen zouden kunnen zijn van het vooruitschuiven van een probleem. Dat was al bekend in de jaren 70. Daarna is er lap- en plakwerk geweest, maar in structurele zin is er niets opgelost. De kern van de aanpak van het PAS is gebouwd op drijfzand. Het waren projecties op de wolken. Er zijn vergunningen verleend zonder voldoende zekerheid over herstelmaatregelen voor de natuur.’
‘Het PAS was gebouwd op drijfzand’
Waarom is dat toen niet ingezien?
‘Het stikstofbeleid is gebaseerd op de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn. Nederland heeft die onderschreven en 160 Natura 2000-gebieden aangewezen, zonder voldoende te realiseren welke verplichtingen erachter wegkwamen. Nederland had 2 zielen in de borst: meegaan in de Europese besluitvorming, en nadenken over de nationale consequenties. De eerste ziel won het. De kern van het probleem is: we hebben relatief veel inwoners, dieren, auto’s en economische activiteit per vierkante kilometer in dit land. En we hebben ambitieuze natuurdoelstellingen. Dat wringt.’
Kunnen we nog naar Brussel om een uitzondering te bedingen?
‘Die vraag hebben we ons ook gesteld. Je kunt best discussie voeren over de vraag of we goed hebben nagedacht over het aanwijzen van natuurgebieden. Maar die soep is gemorst. Ik heb in Brussel de indruk gekregen dat de ruimte voor aanpassing buitengewoon beperkt is. Je schiet ook niks op met het zoeken naar vluchtwegen. Daarmee maak je jezelf misschien tijdelijk populair bij het thuisfront, maar je bent niet bezig met het probleem oplossen.’
Een weg uit de crisis begint bij de bouw. Die brengt relatief weinig stikstof met zich mee. Waarom geen uitzondering gemaakt voor bouwbedrijven?
‘Dat kan juridisch niet. En de benadering van de commissie was: iedereen die deel is van het probleem moet leveren uit oogpunt van geloofwaardigheid. Natuurlijk, de bulk van het probleem wordt veroorzaakt door de landbouw en in het bijzonder door de veehouderij. Maar ook van de bouw mag een evenwichtige bijdrage worden gevraagd. Nu is de bouw van oudsher een tamelijk behoudende sector. De overheid kan daarop inspelen door in de aanbestedingsvoorwaarden stikstofeisen te stellen, bijvoorbeeld door het gebruik van elektrisch materieel voor te schrijven.’
LTO Nederland is niet blij met het advies van de Commissie-Remkes
Is dat wel efficiënt als bouwbedrijven weinig bijdragen aan het probleem?
‘Het klopt dat het bouwproces zelf alleen tijdelijk voor stikstof zorgt, maar daarna heb je de verkeer aantrekkende werking van een nieuwe woonwijk. Maar je moet ook naar het draagvlak kijken. Na ons eerste advies kwam uit de agrarische sector de reactie: sluit Schiphol 3 weken per jaar en het probleem is opgelost. Dat klopt overigens niet, maar los daarvan heb je weinig aan dit soort verwijsgedrag. En nogmaals: de belangrijkste opdracht ligt in de agrarische sector.’
U vindt dat minister Schouten te veel leunt op vrijwillige deelname van boeren?
‘Als het vrijwillig kan, is dat fantastisch. Maar het uitkopen van boeren levert alleen maar iets op als je dat in de buurt van Natura 2000-gebieden doet. En dat kan niet altijd op vrijwillige basis. Het is ook niet efficiënt om een boer uit te kopen die niet in de buurt van zo’n gebied zit. Het kabinet moet dus bereid zijn of af en toe verder te gaan.’
Speelt daar de angst voor nieuwe boerenacties?
‘Nee, ik denk dat het om politieke overwegingen in de coalitie gaat. Er zijn partijen die de consequenties voor de agrarische sector nog niet helemaal onder ogen willen zien.’
‘Geen nieuwe juridische listen rond stikstof’
Ondernemers wachten al lang op een drempelwaarde voor stikstofuitstoot, waarna vergunningen makkelijker kunnen worden verleend. Waarom duurt dat zolang?
‘Dat heeft alles te maken met de vraag: is die drempelwaarde juridisch houdbaar? Als je zomaar een drempelwaarde instelt, loop je een grote kans om onderuit te gaan. Er moet geloofwaardig stikstofbeleid tegenover staan. Ik ga ook niet zeggen hoeveel mol per hectare die drempelwaarde moet zijn. Dat laat ik graag over aan de geleerden op het ministerie. Op basis van de drempelwaarde moet in elk geval weer een stevig aantal bouwprojecten doorgang kunnen vinden. Als dat niet gebeurt, heb je alleen symbolisch wat gedaan. En dat hebben we in dit dossier al genoeg gezien.’
Dus bedrijven moeten maar geduld hebben voordat ze weer écht mogen ondernemen?
‘Ik verwacht dat dit terugkomt bij de kabinetsformatie, want het gaat ook om geld. Natuurlijk had ik liever gehad dat het kabinet ons advies integraal had overgenomen, maar ik loop lang genoeg mee in de politiek om te weten dat het niet zo werkt. De geloofwaardigheid van het nieuwe stikstofbeleid is essentieel. Als de Raad van State het idee krijgt dat de overheid allerlei juridische listen verzint om projecten weer op gang te krijgen, dan gaan we weer onderuit. Die tijd is echt voorbij.’
Toch: ondernemers zullen het behoud van hun bedrijf en personeel nu belangrijker vinden dan het behoud van plantjes.
‘Nou, ik denk dat natuur een redelijk essentiële vestigingsfactor is voor het bedrijfsleven. Je moet die twee niet tegenover elkaar zetten. De stevigheid van ons advies is ingegeven door het uitgangspunt om het bedrijfsleven niet wéér in de fuik van geweigerde vergunningen te laten lopen.’
Eindadvies commissie-Remkes– Halvering van de uitstoot in 2030
– Elke sector moet eigen uitstoot halveren
– Natuurherstel moet wettelijk worden vastgelegd
– Mestbeleid landbouw moet op de schop
– Drempelwaarde voor uitstoot in de bouwfase van projecten
Handig: de wekelijkse Forum-alert
Meld je aan voor de nieuwsbrief en ontvang de gratis updates.