Welke boer haalt neusringen voor zijn stier nou bij Blokker?

Wist u dat? Met 1.000 gulden startkapitaal openen Jacob Blokker en Saapke Kuiper in 1896 hun eerste winkeltje in Hoorn. En dat wordt een succes. In de serie Overlevers: het verhaal van Blokker.

Wat ziet het er feestelijk uit met die gedrapeerde vlaggen, guirlandes en boompjes in versierde potten. De mensen op de foto zijn om door een ringetje te halen. Heren in pak met hoed en lange jas en dames keurig in blouse en lange rok, haren opgestoken. Wat zou er te vieren zijn? Aan de vlaggenmast hangt een kroontje. Is het misschien Koninginnedag?

De tekst van dit artikel gaat door na de foto.

Leerling-smid Jacob Blokker begint zijn loopbaan in de smederij van zijn vader waar ze agrarische gereedschappen maken. Rond zijn twintigste huurt Jacob een kraampje op de weekmarkt en verkoopt met succes het kleine landbouwgereedschap. Hij wordt verliefd op Saapke Kuiper en het stel trouwt in 1896. Een huwelijksreis zit er niet in, want een dag later openen ze ‘De goedkoope ijzer- en houtwinkel’. Ze verkopen huishoudelijke artikelen maar ook alles wat een boer nodig heeft voor het bedrijf. Van schoffels, houten hooivorken, spaden en neusringen voor een stier tot kippengaas en dakvilt aan toe. Dat levert ze de bijnaam Japie Kippegaas en Saartje Dakvilt op. Er kan niet op de pof worden gekocht en afdingen is er ook niet meer bij. Maar de prijzen zijn laag. Dat kan omdat Jacob nog steeds op de markt staat en groot in kan kopen. Saapke runt de winkel.

Broodroosters en melkkokers

In 1912 opent het echtpaar hun derde vestiging, het ‘Speciaalhuis’. Er wordt aan de wat welgesteldere klanten aardewerk, glas, porselein en luxe huishoudelijke artikelen verkocht. Na de komst van elektriciteit komen daar apparaten als broodroosters, strijkijzers en melkkokers bij. Als de gemechaniseerde landbouw zijn intrede doet, kiest Jacob ervoor om zich alleen nog te specialiseren in huishoudelijke artikelen. 

Jacob Blokker houdt van reclamestunts. Op winterse dagen plaatst hij een aantal van zijn 600 kachels op de stoep, zodat zijn klanten zich kunnen warmen. In het voorjaar gaan de kachels de opslag in en maken plaats voor een lenteartikel: 300 kinderwagens worden in optocht met fanfare door verklede kinderen naar de winkel gereden.