7 MEI, 2020 • Achtergrond
Anderhalve meter op kantoor en in de winkel: hoe doe je dat slim?
Een anderhalvemetereconomie, de ene na de andere branche maakt er nu protocollen voor. Het lijkt gewoon een kwestie van afstand houden, maaranderhalve meter… datkanweleens ingrijpender worden dan we denken, zegt Herbert Seevinck, directeur van ontwerpbureau Mijksenaar (ja, die van de bewegwijzering op Schiphol). ‘We komen in een slow motionsamenleving.’
‘Wij voelen ons in ons element met de vraagstukken rond de 1,5-metereconomie.’ Het ontglipt Herbert Seevinck, één van de twee partners van ontwerpbureau Mijksenaar, een beetje. De coronacrisis is wrang, maar de problemen die nu opkomen, zijn nu eenmaal de dingen waar zijn bureau het liefst oplossingen voor zoekt. Mijksenaarmag danwaarschijnlijk vooral bekend zijn als het bureau dat de bewegwijzering en de looproutes op Schiphol heeft ontwikkeld, het bureau kijkt ook naar het gebruik van stations, supermarkten, musea en winkelcentra.
1,5 meter protocollenMinister Wiebes van Economische Zaken riep alle sectoren in Nederland op een plan te maken voor de 1,5-metereconomie. Dat is een voorwaarde om op termijn weer op te starten of om veilig door te werken, ook voor bedrijven buiten de eerder aangewezen ‘vitale sectoren’. Onder andere winkels, kappers, de bouw, de horeca en de groenbedrijven hebben al protocollen klaar die beschrijven hoe een bedrijf geschikt wordt voor de 1,5-metereconomie. Voorbeelden van deze protocollen staan op de website van VNO-NCW en van MKB-Nederland.
‘Wij zijn zelf ook bezig met de vraag hoe wij op kantoor 1,5 meter afstand kunnen houden’, zegt Seevinck. ‘Alle medewerkers werken nu vanuit huis, mijn compagnon en ik zijn op kantoor. Met twee personen op 600 vierkante meter, dat lijkt geen probleem, maar in het keukentje blijkt het onverwacht krap.’
Het dagelijks leven gaat drastisch veranderen, denkt Seevinck. Ook voor ondernemers. ‘Alles wat we in winkels doen, gaat meer tijd kosten. We komen in een slow motion society. Ik reis zelf graag snel, ik zal moeten wennen aan vijf treden afstand tot mijn voorganger op de roltrap. Even snel rennen naar de trein zal misschien niet meer gaan, want dan is het maximumaantal reizigers dat mee mag al bereikt. Misschien moet je reserveren voor bepaalde trajecten.’
‘alles wat we doen, gaat meer tijd kosten’
Voor Seevinck (Mijksenaar) is het niet uitsluitend van belang waar de bordjes komen en hoe ze eruitzien. Steeds meer houden ze zich bezig met de psychologie van de mensen die de borden en routes moeten gebruiken. Ze noemen zich dan ook wayfinding experts. ‘Mensen zijn gewoontedieren’, weet Seevinck uit onderzoek. ‘Je wilt via dezelfde deur naar buiten uit als je binnen bent gekomen. Dat zie je in de trein bijvoorbeeld, maar ook in gebouwen.’
Pijlen, stickers, borden: nu wordt nog geïmproviseerd
Eén van de grootste problemen wordt: uit elkaar houden van klanten. ‘Tot nu toe wordt geïmproviseerd. Soms pijlen op de grond, soms 1,5-meterstickers en er worden allerlei bordjes opgehangen. Dat is verwarrend. Ik ging dit weekeinde een ijsje kopen en bij de ijssalon hadden de medewerkers op regelmatige afstand kruisen op de stoep geplakt met tape. Iedereen ging dus op die kruisen staan, maar het was juist de bedoeling om die ruimte vrij te houden.’
Seevinck ziet drie punten waarover goed nagedacht moet worden. Ten eerste: hoe zorg je voor een consistente boodschap? ‘We moeten met elkaar nieuwe regels bedenken die toepasbaar zijn voor Albert Heijn, bouwmarkten en de sigarenboer waar de mensen op straat in de rij wachten omdat zijn winkel te klein is. Ik kan me voorstellen dat we de borden gebruiken die we ook uit het verkeer kennen. Een blauw bord met rode rand en een rode streep betekent al Niet Parkeren.’
Het filmpje is nog van vóór de coronacrisis, maar laat wel goed zien wat Mijksenaar doet:
https://player.vimeo.com/video/159201462?color=ffcc00&byline=0&portrait=0
Bedrijven en organisaties moeten ten tweede heel goed kijken naar hun eigen ruimte. ‘Wij hebben een ruim kantoor met ruime bureaus. Anderhalve meter van elkaar werken wordt geen groot probleem en wij kunnen een één-richting-looproute maken. Mijn compagnon en ik hebben dat deze week getest, dan blijkt toch dat naar de wc gaan een probleem is. Wij hebben twee toiletten met een klein halletje ervoor. Er kan dus maar één wc tegelijk gebruikt worden. We hebben maar bedacht dat de deur van het halletje altijd open moet, tenzij iemand op de wc is, zodat duidelijk is wanneer de wc bezet is. En omdat we straks eenrichtingverkeer hebben, zit mijn compagnon weliswaar 10 meter van de wc’s, maar zijn looproute is 96 meter. Als ik ook ga en ik heb niet door dat hij onderweg is, zalhij halverwege weer terug moeten. Dat soort lastige dingen gaan we allemaal merken als we weer op kantoor zijn.’
‘wemoeten met elkaar nieuwe regels bedenken, die overal toepasbaar zijn’
Gebruik je gezond verstand
‘Het laatste element is wat mij betreft: gezond verstand. Ik zou zeker niet willen tornen aan die 1,5 meter, maar als we dat heel strikt toepassen, gaat dat schuren. Nederlanders willen niet opgelegd krijgen wat ze moeten doen. Hoe gaan we daarmee om? Ik zie grote problemen in de openbare ruimte. Voetgangers en fietsers hebben per definitie al weinig plek op straat. Probeer maar eens te passeren met anderhalve meter afstand. Een rij voor de winkel is geen probleem als maar weinig winkels open zijn, maar wat doe je als elke winkel een rij heeft? Is daar ruimte voor?’
Er zullen verschillen komen in de omgang met die 1,5 meter afstand, denkt Seevinck. ‘Straks wordt de handhaving in ziekenhuizen héél strak, bijna als bewaking. In een winkelcentrum moet je er rekening mee houden dat je afpakt wat bezoekers het liefst doen: een beetje dwalen. Daar moet je op een eigen manier mee omgaan. Ik verwacht dat er veel vaste routes komen die je moet aflopen.’ Dat klinkt niet erg gezellig en daarom moet je er goed over nadenken en goed communiceren met je klanten, zegt Seevinck. ‘Je kunt wel een pijl op de grond plakken, maar je moet ook uitleggen wat je precies verwacht van de klant of bezoeker. Ik vind winkels nu heel interessant. In je eentje winkelen is al bijna een goed gebruik. Verplicht een winkelwagentje geeft 1,5 meter afstand. Verplicht een mandje werkt om bij te houden hoeveel mensen er in een winkel zijn. Dat gaat best goed. Als mensen hun verstand mogen gebruiken, is er minder behoefte aan verplichtingen.’
Plannen plannen plannen: dat gaat belangrijker worden
Naast afstand houden, wordt plannen een nieuwe factor in ons leven, verwacht Seevinck. Reizen buiten de spits, werkdagen die óf eerder beginnen dan nu óf later eindigen, misschien wel een zitplaats reserveren voor de forensentrein in een drukke periode. Het wordt interessant wat digitale mogelijkheden gaan toevoegen bij het meten van hoeveelheden mensen en snel wijzigende omstandigheden, denk Seevinck.
Hoe kom jij de crisis door? Deel je ervaringenWat doe je als ondernemer als je nu gedwongen bent tijdelijk je deuren te sluiten? Of je van de ene op de andere dag door het coronavirus bijna geen klanten meer hebt? Misschien wil je dan wel in contact komen met andere ondernemers: om jouw ideeën of zorgen te delen. Of juist je oplossingen om deze tijd door te komen. #sharingiscaring Of misschien heb je vragen die je andere ondernemers wilt stellen. Dan vind jehier een platformwaarop je gemakkelijk in contact kunt komen met andere ondernemers. Samen zetten we de schouders eronder en helpen we elkaar, toch?
‘Nu al kun je via Google Maps zien wat een drukke tijd is in een winkelcentrum. Mensen zullen zoveel mogelijk off peak naar een winkel willen. Doen ze dat niet, dan lopen ze de kans dat ze rondjes moet lopen tot de winkel leeg genoeg isom naar binnen te mogen. ‘Spontaan en snel’ zal tamelijk vanzelf veranderen in ‘gepland’. Het publiek gaat vragen om die duidelijkheid.’
Hier is Seevinck dus in zijn element. ‘Hoe organiseer je de flow? Hoe maak je dingen, routes en handelingen intuïtief. Voor de Amsterdamse Noord/Zuidlijn hebben we voorgesteld om een paar kaartautomaten te verplaatsen en de richting van de roltrap aan te passen zodat je in plaats van kruisende, parallelle looplijnen kreeg. Daar moeten we naar toe: slimme oplossingen en niet ‘poortje hier, poortje daar’.’
de gemiddelde nederlander zal nog wel 1 ding moeten leren: hoe zich te gedragen
Het publiek gaat dus zelf vragen om een meer geregelde openbare ruimte. De gemiddelde Nederlander moet dan nog wel één ding leren: hoe zich dan te gedragen. ‘Als ik in de VS in de metro sta en iemand raakt de flap van mijn jas aan, krijg ik al een excuus. In Nederland hebben we veel minder respect voor iemands personal space. We moeten afstand houden, maar ook afstand bieden en met elkaar zoeken naar een geaccepteerde manier om elkaar aan te spreken en te verbeteren.’
Op de hoogte blijven van onze beste artikelen?Schrijf je dan gratis in voor onze nieuwsbrief.
Handig: de wekelijkse Forum-alert
Meld je aan voor de nieuwsbrief en ontvang de gratis updates.