12 DEC, 2024 • Achtergrond

Tata-ceo Hans van den Berg: 'Zonder winst, kún je niet investeren'

Tata Steel Nederland maakt hoogwaardig staal. Een noodzakelijk product voor de energietransitie en een moderne samenleving. Maar Tata Steel is ook een grote uitstoter van CO₂ en andere emissies, wat schade aan klimaat, milieu en volksgezondheid veroorzaakt. Om te overleven moet Tata Steel daarom verduurzamen, zegt topman Hans van den Berg. ‘We kunnen ons geen vertraging veroorloven.’

Een benijdenswaardige positie heeft Tata Steel-topman Hans van den Berg niet. Van alle kanten wordt de druk opgevoerd. Moederconcern Tata Steel Limited wil een financieel gezonde staalfabriek, omwonenden willen frisse en gezonde lucht, politiek en burgers willen werkgelegenheid en afnemers willen kwalitatief staal. De verduurzaming van de staalfabriek is geen makkelijke opgave. Door een miljoenenverlies moet Tata Steel dit kwartaal 60 miljoen euro besparen. Dat kost veel managementaandacht, terwijl in 2030 de eerste fase van het ‘groen staalplan’ moet zijn uitgevoerd. Daarvoor lopen moeizame onderhandelingen met het ministerie, want voor de verduurzaming is financiële steun nodig.  

 Van den Berg grijnst bij de lange lijst ‘uitdagingen’. Kan hij het allemaal wel bolwerken? ‘Jawel, maar we moeten inderdaad wel stevig doorbikkelen’, zegt hij op zijn werkkamer in het Dudok Huis, het kantoorgebouw op het terrein van Tata Steel in IJmuiden. ‘Het goede nieuws is dat de verduurzaming van Tata veel problemen oplost.’ 

De messen slijpen

Doorbikkelen. Klinkt goed, maar het wordt niet altijd gewaardeerd. Van den Berg werd tijdens een talkshow verbaal aangevallen door een huisarts die de verduurzaming veel te langzaam vindt gaan. Milieuactivisten zien het liefst dat de staalfabriek de deuren sluit en advocaten slijpen voortdurend de messen om Tata Steel en haar bestuurders voor de rechter te dagen. ‘Ik word best vaak aangesproken in de supermarkt, maar eigenlijk altijd positief’, vertelt Van den Berg. ‘Ook de mensen van Frisse Wind (een actiegroep die een gezonde leefomgeving eist, red.) groeten me gewoon. Ik wil de zorgen niet bagatelliseren, want die zijn terecht en we werken eraan om het op te lossen. Ik begrijp ook het ongeduld, maar het is niet zo dat iedereen negatief is.’  

Naast de zorgen om de CO₂-uitstoot en de klimaatimpact daarvan, is met de publicatie van rapporten van het RIVM en de expertgroep Gezondheid IJmond onder leiding van Marcel Levi de kwaliteit van de leefomgeving hoger op de agenda gekomen. ‘De bewoners van de IJmond hebben extra kans om ziek te worden door de huidige uitstoot vanaf het terrein van Tata Steel’, schrijft actiegroep Frisse Wind op z’n website op basis van de publicaties. ‘Het zijn voor ons richtinggevende rapporten’, zegt Van den Berg. ‘Eigenlijk spreken we steeds vaker over gezond staal en dan pas over groen staal.’  

Kompas herijken

Van den Berg heeft er kortom een hele kluif aan om Tata te verduurzamen én financieel gezond en concurrerend te houden. Hij heeft te maken met complexe politieke en economische omstandigheden in een soms vijandige omgeving. Gaat hij nog wel met plezier naar zijn werk? ‘Het zijn best zware jaren’, geeft hij toe. Door regelmatig zijn ‘kompas te herijken’ houdt hij het vol. Van den Berg waakt ervoor in één bubbel te blijven hangen. Hoe? ‘Door naar Springtij te gaan, een evenement over verduurzaming op Terschelling. En door van links naar rechts naar podcasts te luisteren. Ik luister graag naar interviews met Jan Rotmans. De podcast over geopolitiek van Rob de Wijk en Arend Jan Boekestijn vind ik ook fascinerend, net als de politieke podcast van Vullings en Van der Wulp. En Maarten van Rossem, die is wel prettig om bij in slaap te vallen’, knipoogt Van den Berg, terwijl hij zijn iPad erbij pakt om op te zoeken wat er nog meer in zijn luisterlijst staat: Haagse Bluf, Studio Energie, De Correspondent, NRC Vandaag, Tegenlicht.

De stapeling van urgente vraagstukken – leefomgeving, klimaat en financiële gezondheid – maakt de toekomst onzeker. Gaat het wel lukken? ‘Als we in 2030 de eerste installaties willen vervangen, dan moeten we in 2026 of 2027 beginnen met bouwen’, schetst Van den Berg. ‘Tot die tijd is er veel werk te verzetten. We moeten de financiering en de vergunningen rond krijgen.’ De financiering moet het bedrijf natuurlijk zelf regelen, maar om concurrerend staal te kunnen blijven produceren, is er wel financiële steun van de overheid nodig. Over de onderhandelingen met het ministerie van Klimaat en Groene Groei over de maatwerkafspraken doet Van den Berg geen uitspraken. Zelf ervaart hij de gesprekken als ‘plezierig en opbouwend’. Maar het is een publiek geheim dat de gesprekken met de meeste grote uitstoters moeizaam verlopen.  

Staalindustrie behouden

Ondanks alle onzekerheden twijfelt Van den Berg er niet aan dat Tata Steel blijft bestaan. Als puntje bij paaltje komt, willen landen hun eigen staalindustrie behouden. ‘Staal is een basisproduct. Je hebt het nodig voor bijna alle andere industrieën, en ook voor defensie, en hoe vreselijk ook, voor wederopbouw. Strategische autonomie is een argument’, aldus Van den Berg. ‘ThyssenKrupp gaat in Duitsland weliswaar indikken. Maar in het algemeen is het vanwege het strategische nationale belang vaak moeilijk om een staalfabriek te stoppen. Omdat landen hun fabrieken willen behouden, is er vaak sprake van overcapaciteit, waardoor het tegelijkertijd ook niet makkelijk is om een staalfabriek winstgevend te houden.’  

Een man in pak - Hans van den Berg, ceo van Tata Steel, staat op een paarsblauwe wenteltrap. Hij kijkt omhoog de camera in

Hans van den Berg, topman van Tata Steel Nederland, zegt dat hij niet alleen negatieve reacties krijgt op zijn fabriek en de weg die naar verduurzaming is ingeslagen.

Terwijl de aandacht voor een gezonde leefomgeving de afgelopen jaren groter is geworden, is de klimaaturgentie in de politiek juist minder geworden. Voor coalitiepartijen PVV en BBB mag het klimaatbeleid wel wat minder, en ook in Europa waait een andere wind. Het goede van die ontwikkeling is, volgens Tata Steel, dat Nederland geen nationale aanscherpingen zal doen bovenop het Europese beleid. De koploperspositie die Nederland de afgelopen jaren in Europa probeerde te pakken, door net even strengere eisen te stellen dan Brussel, werkt soms averechts, legt Van den Berg uit. Nederland heeft bijvoorbeeld besloten een minimumprijs voor CO₂ te hanteren, die ieder jaar oploopt. Als de marktprijs voor CO₂ lager is dan de Nederlandse minimumprijs, dan betaalt Tata Steel meer voor z’n CO₂-uitstoot dan een Duitse of Belgische staalfabriek. Het idee was dat de Europese marktprijs – in het emissiehandelssysteem – fors zou gaan stijgen. Als dat het geval zou zijn, dan is er geen concurrentienadeel voor Tata. Maar door de gestaag dalende industriële productie, daalt ook de CO₂-uitstoot en ontstaat er nauwelijks schaarste aan CO₂-rechten, en dus stijgt de CO₂-prijs niet navenant. Daarom verwacht Van den Berg dat de CO₂-prijs in Nederland volgende jaar hoger is dan in de rest van Europa.  

 Bedrijven ‘pijn doen’ 

Tata Steel hikt ook aan tegen de kosten voor de aansluiting op het stroomnet. ‘Wij hebben een rechtstreeks aansluiting op het hoogspanningsnet van Tennet’, vertelt Van den Berg. ‘We betaalden daar in het verleden 5 miljoen euro per jaar voor. Na een stelselwijziging is dat nu 70 miljoen euro geworden, met de dreiging dat het nog een veel hoger bedrag wordt.’ In landen als Duitsland worden de investeringen in de elektriciteitsinfrastructuur door de overheid gefinancierd, waardoor ze niet via de tarieven terugverdiend hoeven te worden, zoals in Nederland. ‘Mensen denken: als je bedrijven maar genoeg pijn doet, dan veranderen ze wel. Maar ik zeg: als je op deze manier geld uit het bedrijf haalt, dan valt er niks meer te investeren. Laat ik het zo zeggen: Tata heeft die prikkel niet nodig.’ Ondanks alle uitdagingen blijft Van den Berg overtuigd dat snelle verduurzaming noodzakelijk is. ‘We moeten de groene stip op de horizon niet uit het oog verliezen’, vindt hij. ‘Want het klimaatprobleem komt terug, daar ben ik van overtuigd. We moeten vasthouden aan ons plan.’  

Moedermaatschappij Tata in India is volgens Van den Berg ook doordrongen van het feit dat de Nederlandse staalfabriek moet verduurzamen. ‘Iedereen weet bij ons dat Tata Steel geen toekomst heeft zonder transitie. De winstgevendheid staat onder druk. Dat is een probleem, want zonder winst kun je niet investeren’, zegt hij, om eraan toe te voegen dat ‘IJmuiden’ de afgelopen zes jaar ‘geen dividend heeft afgedragen aan het moederbedrijf’.  

Genuanceerder  

De podcasts-veslindende Tata Steel-topman zou willen dat de politiek en de samenleving net zo’n belangstelling hadden voor zijn bedrijf, dan hijzelf heeft voor de samenleving. Want is er eigenlijk begrip voor de herculeaanse klus die Tata moet klaren? ‘Ik zie daar wel wat tekenen van. De berichtgeving is de afgelopen genuanceerder geworden’, zegt Van den Berg. ‘Maar een beetje meer waardering zou wel prettig zijn. Een integralere blik vooral ook. De omgevingsdienst zit ons bijvoorbeeld heel sterk op huid. Toezicht is goed, maar het gaat soms wel heel ver. Ik vraag me weleens af of ze ook het belang zien van de producten die we maken, van de mensen die hier werken, van de toeleveringsketens waar we onderdeel van uitmaken. Er wordt eigenlijk door niemand een integrale afweging gemaakt, iedere stakeholder kijkt alleen naar zijn deelbelang.’ 

Het kan wél, die integrale benadering, constateert Van den Berg. Toen Rusland in 2022 de gasleveranties naar Europa afkneep, werd in Groningen in recordtijd een LNG-terminal in bedrijf genomen, zónder vergunning. Een proces dat normaal vele jaren had geduurd. ‘Onder druk van de omstandigheden kon er snelheid gemaakt worden. Die urgentie is voor de industrie ook nodig. In snelheid zit de oplossing.’ Van den Berg noemt een voorbeeld. ‘Wij willen een overkapping bouwen om de overlast voor de omgeving te verminderen. Maar als de vergunningen daarvoor worden aangevochten, dan schiet het niet op’, verzucht hij. ‘We hebben besloten ons daar krachtiger in te gaan opstellen. Natuurlijk, we moeten luisteren naar de zorgen van belanghebbenden, maar we gaan in gesprekken met beleidsmakers, lokale politici en actievoerders duidelijker maken wat de impact is.’  

Als vergunningen worden aangevochten, als kosten van het stroomnet uit de pas blijven lopen en als er geen maatwerkafspraak met de overheid kan worden gemaakt, dan wordt het heel moeilijk voor de industrie in Nederland, waarschuwt Van den Berg. ‘We moeten de wind een beetje meekrijgen’, besluit hij. ‘Anders kunnen we niet doen wat we gezegd hebben dat we zouden doen. Dan krijgen we de transitie niet voor elkaar.’ 

 

Handig: de wekelijkse Forum-alert

Meld je aan voor de nieuwsbrief en ontvang de gratis updates.

duurzaamheidinvesterenstaalverduurzamen