17 AUG, 2022 • Portret
Iris van Ravenswaaij (Movexx): 'Ze vonden me een administratietrutje'
Iris van Ravenswaaij was, zoals ze het zelf omschrijft, een ‘administratietrutje’ toen haar vader, Henk van Vlastuin, haar vroeg zijn taken bij Movexx tijdelijk over te nemen. ‘Als iemand me kan vervangen, ben jij het wel.’ Maar dat ging niet zonder slag of stoot.
De eerste zin uit de pitch van Iris van Ravenswaaij, die door haar kring Gelderse vallei/Betuwe was voorgedragen om Jong Management Ondernemer van het Jaar 2022 te worden, ging niet over het enorme succes van de elektrische trekkers die haar bedrijf Movexx produceert, maar over die keer dat ze zich huilend op het toilet had teruggetrokken om melk te kolven voor haar vier weken (!) oude baby.
Ze kon gemakkelijk zo openhartig zijn, want in de zes jaren die op deze nogal dramatische scène volgden, zou het véél beter met haar gaan. En dan won ze die verkiezing óók nog eens een keer.
Een paar maanden later, in de Veenendaalse directiekamer van Movexx, zit de Ondernemer van het Jaar nog steeds te glunderen. Ze is enthousiast, zegt ze, houdt ervan om dingen aan te pakken. Maar kan juist ook nog weleens teveel hooi op haar vork nemen.
Zit dat in je, die onrust?
‘Ja, ik kan zeker nogal onrustig zijn; er moet altijd iets gebeuren. Dat is een eigenschap die ik van mijn vader heb meegekregen, denk ik. Als kind zag ik zijn passie; hij was heel gedreven, borrelde van de energie. Ik ging wel eens met vriendinnetjes mee naar huis en daar zag ik vaders die na een lange werkdag met hun dikke buik op de bank neerploften om de krant te lezen. Mijn vader was altijd met de zaak bezig. Bij wijze van ontspanning loste hij tijdens de vakantie sudoku’s op, maar om die puzzels heen tekende hij allerlei ideeën en toepassingen voor verschillende types machines; hij was gewoon 24/7 bezig met ontwikkelen. Die interesse voor techniek had ik niet, maar zó begaan zijn met je werk? Ja, dat wilde ik ook wel.’
Zwanger
Ze begon als administratief medewerker, waar ze toen nog wat minder begaan mee was. Want ze had hele andere dingen aan haar hoofd. ‘Op mijn twintigste bleek ik zwanger te zijn’, vertelt ze. ‘Mark (inmiddels haar echtgenoot; red.) en ik studeerden nog en welke plannen we ook hadden: die moesten we even herzien. We hebben een huis gezocht, zijn getrouwd en ik besloot om te stoppen met mijn studie en bij Movexx te gaan werken, het bedrijf dan mijn vader zestien jaar geleden heeft opgericht. Ik wist op dat moment niet zo goed wat ik moest gaan doen. Luuk werd geboren, daarna kwam Guus…’
‘Ik wilde net zo begaan zijn met mijn werk als mijn vader’
In die tijd kwam ik vanwege de ziekte van Mark – hij heeft de ziekte van Crohn – vaak in het ziekenhuis en het leek me prachtig om daar eerst als verpleegkundige en later als arts op de eerste hulp te gaan werken. Die hectiek, het constant moeten schakelen tussen al die patiënten en – ook hier – de passie waarmee dat werk werd gedaan, trok mij enorm. Het leek me in elk geval véél leuker dan de administratie.’
Wie is Iris van Ravenswaaij?Iris van Ravenswaaij (1989, Veenendaal) maakte na de havo haar studie Personeel en Arbeid niet af. In plaats daarvan ging ze aan de slag bij het bedrijf wat toen nog van haar vader was, Movexx. Daar groeide ze via de hr-afdeling en de administrie uiteindelijk door tot ceo van het bedrijf. Ze is getrouwd en heeft drie zoons.
Ziek
Maar ze bleef toch bij Movexx. En maakte van de plek waar facturen werden ingeboekt een compleet zelfsturende afdeling, deed inmiddels ook hr-zaken. En toen werd haar vader ziek. ‘Mijn vader zei: ’Als iemand me kan vervangen, ben jij het wel.’ We dachten toen nog dat het voor korte tijd was; dat hij beter zou worden. Ik ben er vol ingegaan, maar na twee, drie maanden was ik behoorlijk radeloos: het lukte me niet om ‘Henk’ te zijn. Veel medewerkers pikten het ook niet om onder mijn leiding te werken. Ze misten hun visionaire directeur en konden niet geloven dat ik, zo’n administratietrutje, het bedrijf zou kunnen leiden.’
Daar kwam bovenop dat ze net bevallen was. ‘Tom, mijn jongste zoon, was vier weken oud. We hebben hem versneld, tegen de regels in, naar het kinderdagverblijf gedaan. Dat was moeilijkheid nummer één: ik zat hier, vol hormonen, mijn baby te missen en ondertussen moest ik leidinggeven aan een bedrijf, probeerde het precies zo te doen als ze het van mijn vader gewend waren. Op een dag heb ik tegen mijn vader gezegd dat ik het niet ging redden; dat het een onmogelijke opdracht was. Hij heeft toen Roelof Koops die hij kende van de Christian Business Men’s Connection gevraagd om mij te een tijdje te ondersteunen. Roelof heeft me geholpen met moeilijke beslissingen en vond het niet vervelend om de boeman te zijn.’
Wat heb je van hem geleerd?
‘Veel, vooral ook dat mijn manier van leidinggeven veel meer mét de mensen is, in plaats van erboven staan. Na een paar maanden namen we afscheid van elkaar. Ik kon het zelf wel weer aan, zei ik. Inmiddels was ik ongeveer de helft van het personeel kwijtgeraakt. Ik zat er anderhalf jaar toen mijn vader het besluit nam om niet meer als directeur, maar als machine- en marktontwikkelaar terug te komen bij Movexx. Vanaf dat moment kon ik écht de leiding nemen.’
Was dat een waterscheiding?
‘Ja, enorm. Mijn vader was geniaal, daar kon ik nóóit aan tippen, maar ik kon wel – op mijn manier – voortzetten wat hij in gang had gebracht. Tijdens die eerste anderhalf jaar kon ik genieten van kleine successen. Zo herinner ik me nog heel goed hoe de verkoper die ooit stampvoetend in mijn kantoor had gestaan – wie denk je dat je bent om mij te vertellen hoe enzovoort – later, in de auto, op weg naar een klant tegen me zei dat hij trots op me was. Toen ik het eenmaal helemaal op mijn eigen manier kon gaan doen, was het vooral prettig om te merken dat ik ‘als mezelf’ de mensen mee wist te krijgen.’
Ging je in die tijd ook wel eens bij je vader langs voor goede raad?
‘Als zijn gezondheid het toeliet. Dan vertelde ik hem wat ik van plan was, in vijf minuten of zo. ‘Goed bezig, meid’, zei hij dan. Dat was voor mij al voldoende.’
Hij zou steeds zieker worden en is uiteindelijk vorig jaar augustus, op z’n 55ste, overleden. ‘Mijn vader heeft meegekregen dat het bedrijf is gegroeid en klaar is om nóg verder te groeien, maar we hadden hem graag nog iets langer bij ons gehad.’
Hoe ga je om met zo’n verdriet?
‘Natuurlijk is het moeilijk. Ik kom nog overal handgeschreven briefjes en tekeningetjes van mijn vader tegen. Tegelijkertijd heeft die confrontatie er ook voor gezorgd dat ik mijn verdriet op een of andere manier sneller kon verwerken. En het helpt natuurlijk ook dat het zo goed gaat met het bedrijf. Ik ben niet iemand die tijdens zo’n prijsuitreiking, op z’n Amerikaans, heel sentimenteel gaat doen. Maar ik voel me toch een gezegend mens. Mark en ik hebben drie geweldige kinderen. Ik ben op woensdag en donderdagmiddag thuis. Voor mij is dat echt quality time. Ze vragen me wel eens wanneer ik tijd vrijmaak voor mezelf, maar voor mij is dát juist de ultieme ontspanning. Samen een appeltaart bakken. Samen een tijdje springen op de trampoline. De caravan achter de auto haken en eropuit met z’n allen.’
Staat ‘lol hebben’ ook niet in het rijtje kernwaarden van Movexx?
‘Klopt! Die eerste anderhalf jaar was ik alleen maar bezig met overleven, maar daarna hebben we, met het team, die kernwaarden op papier gezet: verantwoordelijkheid nemen, altijd werken aan ontwikkeling, autonoom kunnen zijn en lol maken. Als je geen lol hebt in je werk, kan je er beter mee ophouden. Toch?’
En zo sloot Iris de pitch af die ze voor de Jong Management Ondernemer van het Jaar-verkiezing had geschreven: ‘…Ik had nooit durven dromen dat ik hier vanavond mocht staan, genomineerd door een fantastische club met mede-ondernemers. En met het Movexx zoals het nu is. Mijn Movexx. Ik geniet.’
Handig: de wekelijkse Forum-alert
Meld je aan voor de nieuwsbrief en ontvang de gratis updates.