In deze serie komen de brancheleden van VNO-NCW en MKB-Nederland aan het woord. Deze week directeur Marianne van der Wilk van CAT, het Collectief Alternatieve Therapeuten.
Vertel eens over uw branche en brancheorganisatie.
‘Wij zijn een beroepsorganisatie voor alternatieve en complementaire therapeuten, opgericht in 2016. Vijfduizend therapeuten met een eigen praktijk zijn bij onze organisatie aangesloten, en dat aantal is nog steeds groeiende. De aanleiding voor het verenigen van onze leden was de invoering van de kwaliteitswet Wkkgz. Aansluiting bij een erkende geschilleninstantie werd daardoor verplicht. Wij wilden dat goed regelen voor onze branche. Inmiddels hebben wij een onafhankelijke geschillencommissie opgericht in samenwerking met het ministerie van VWS.’
Hoe lang bent u directeur, en wat is uw achtergrond?
‘Sinds de oprichting in 2016. Ook ben ik moeder van twee zoons, met wie ik samen oprichter ben van CAT. Daarnaast heb ik lange tijd als hypnotherapeut gewerkt; alternatieve zorg en therapie heeft me altijd geïnteresseerd. En ik heb psychologie gestudeerd naast mijn werk als therapeut. Met mijn man heb ik voor zijn overlijden tien jaar geleden lange tijd een opleidingsinstituut gerund.’
Welke actuele kwesties spelen er momenteel voor jullie?
‘We zijn druk bezig met een opleidingsregister voor onze branche, de GRO. Daarbij zijn 157 opleiders aangesloten. Onze leden zijn belangrijk, maar onze eindgebruikers zijn het belangrijkste. Hoe kunnen zij zien welke therapeut voldoet aan de kwaliteitseisen? We streven er daarom naar zo helder mogelijk te krijgen welke opleiding nodig is voor welke vorm van therapie. Iedereen weet: een fysiotherapeut is een fysiotherapeut. Eenzelfde duidelijkheid en transparantie willen wij ook voor onze branche.’
Wat zijn belangrijke lobbypunten?
‘Onze speerpunten op dit moment zijn onze collectieve beroepsaansprakelijkheidsverzekering en onze geschilleninstantie. Samen met het opleidingsregister wordt de kwaliteit van onze leden zo steeds beter. Ook willen we politiek en samenleving beter informeren over alternatieve therapieën. Er zijn zoveel mogelijkheden, van aromatherapie tot coaches, waarvan veel inmiddels door de reguliere zorg zijn omarmd. Wij zouden daarom graag zien dat alternatieve therapie in de basisverzekering wordt opgenomen. Zodat niet alleen mensen met een ruime portemonnee de keuze hebben om gebruik te maken van alternatieve zorg.’
Hoe ziet u de toekomst van uw branche en branchevereniging?
‘De alternatieve en de reguliere zorg zullen meer naar elkaar toe trekken. Ik merk bij jonge artsen dat er meer ruimte is voor holistisch denken. Dat zie je bijvoorbeeld ook terug in praktijken waar alternatieve en reguliere therapie samenkomen. Ik denk dat er in de toekomst meer openheid zal zijn vanuit beide kanten. Onze branchevereniging zal ook nog verder groeien. We zijn een volwassen, professionele organisatie en dat merken onze leden ook. Zolang wij onze therapeuten goed van dienst zijn, hebben we bestaansrecht.’
Waarom zijn jullie lid van MKB-Nederland?
‘We zijn sinds dit jaar lid omdat we van ons willen laten horen. Voor aansluiting bij het MKB-Nederland moesten we hemel en aarde bewegen om adequate informatie te krijgen van de rijksoverheid tijdens de coronacrisis, nu gaat dat zoveel makkelijker. Er ging eerder wel wat tijd overheen voordat onze leden goed op de hoogte waren van de laatste ontwikkelingen. Eenmaal bij MKB-Nederland zagen we dat er bij belangrijk nieuws binnen 48 uur een bijeenkomst werd georganiseerd, waardoor we meteen op de hoogte waren.’
Met welke branchedirecteur zou u weleens een dagje willen ruilen en waarom?
‘Dan zou ik wel willen ruilen met de directeur van de Nederlandse Brood- en banketbakkers Ondernemersvereniging. Niet dat ik goed kan bakken hoor, helemaal niet. Maar ik kan er wel ontzettend van genieten. En dan mogen ze op die dag een wedstrijd doen wie de lekkerste taart kan bakken.’
