‘Dit kunnen we er niet bij hebben’

13-11-2014

En ineens valt er een brief op de deurmat. Van de Belastingdienst. Of je even geld wilt terugbetalen. De nascholing voor je personeel was goedgekeurd door de Onderwijsinspectie. Maar dat vindt de Belastingdienst niet genoeg. Hoe ondernemers worden afgerekend op geblunder bij Onderwijsinspectie en Belastingdienst.

Monique Hoitink, directeur van het gelijknamige transportbedrijf uit het Gelderse Lichtenvoorde, is ten einde raad. Onlangs plofte bij haar een aanslag van de fiscus op de deurmat. Of ze zo snel mogelijk even de bijna 70 mille aan fiscale tegemoetkoming wilde terugstorten die het bedrijf ten onrechte zou hebben genoten. 'We doen sinds het ontstaan van de crisis in 2008 onze uiterste best om onze chauffeurs aan het werk te houden en dat krijg je dit.'

Een groot aantal transportondernemers liet de afgelopen jaren hun chauffeurs met fiscaal voordeel nascholen. Maar tot hun verbijstering oordeelde de Belastingdienst achteraf dat dit voordeel in veel gevallen onterecht was gegeven. 'Als het aankomt op terugbetalen, gaat dit veel bedrijven de kop kosten.'

Wat er aan voorafging
Misschien had het Rijk niet voorzien dat de fiscale tegemoetkoming op scholingskosten zo populair zou worden. Die werd bijna twintig jaar geleden ingesteld en binnen de kortste keren explodeerde de vraag naar opleidingen die voldeden aan de eisen voor een zogenoemde afdrachtsvermindering loonbelasting en premies volksverzekering. En daarmee natuurlijk ook het bedrag dat ondernemers in mindering konden brengen. Vorig jaar was alleen de transportsector al goed voor zo'n 53 miljoen euro aan afdrachtvermindering.

De sterk toegenomen belangstelling was voor de Belastingdienst reden om te onderzoeken of de regeling wel terecht werd gebruikt. Het balletje ging echt rollen na de melding van een geval van mogelijk misbruik, begin vorig jaar. Een bedrijf zou een interne cursus hebben voorgewend als beroepsopleiding. De verdenking was dat het bedrijf in samenwerking met een onderwijsinstelling documenten zou hebben vervalst en geantidateerd.

En dus vereerde de Belastingdienst de afgelopen tijd diverse bedrijven – in de transportsector, maar ook daarbuiten – met een 'verrassingsbezoekje'. Ook onderwijsinstellingen bleven niet buiten schot. Uit onderzoek van de Onderwijsinspectie bleek dat diverse instellingen een aanbod hadden dat niet voldeed aan de eisen.

Keihard aanpakken
Dat bedrijven die ten onrechte gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid van afdrachtvermindering keihard worden aangepakt, valt te begrijpen. Maar in het geval van Hoitink – en tientallen collega's die ook zijn aangeslagen door de Belastingdienst – was er geen sprake van misbruik van de regeling voor afdrachtvermindering. Ze vindt dan ook dat zij ten onrechte zo hard worden aangepakt.

Beroepschauffeurs moeten elke vijf jaar op voor een verplichte nascholing. Zonder die scholing verliest het chauffeursdiploma z'n geldigheid en mag een chauffeur niet langer beroepsmatig op pad met een vrachtauto. De roc's speelden daar met hun opleidingsaanbod handig op in.

Het aanbod zag er vertrouwenwekkend uit. Het ging om erkende opleidingen met een zogenoemd crebo-nummer. Een nummer dat verwijst naar het Centraal Register Beroepsopleidingen van de rijksoverheid. Dat gold ook voor de opleiding van het Graafschap College in Doetinchem, waarmee Hoitink in zee ging. 'Het roc bood een mbo-opleiding aan waarin de verplichte nascholing was verwerkt. Praktisch, want zo was deze beter in te passen in onze transportplanning. En dat ook nog eens tegen aantrekkelijke financiële voorwaarden. Een opsteker in een tijd van grote druk op de rendementen.'

Check, dubbelcheck, action
Het roc bevestigde het haar nog eens in een brief: ondernemers die hun medewerkers deze opleiding lieten volgen, hadden recht op een fiscale tegemoetkoming in het kader van de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premies volksverzekering onderwijs. Voor de zekerheid checkte ze toch nog even de website van het ministerie van Onderwijs. Daar vond ze wel informatie over een ander roc met een aanbod dat niet voldeed aan de eisen. Maar niets over het Graafschap College. Waarop ze haar chauffeurs met een gerust hart de gang naar de Doetinchemse schoolbanken liet maken. Totdat de Belastingdienst haar uit de droom hielp: de opleiding die ze haar medewerkers had laten volgen, zou tóch niet voldoen aan de eisen.

Wat moet ondernemer dan doen?
Voor Hoitink is het zo helder als wat. Als van tevoren duidelijk is dat je in zee gaat met een instituut dat onderwijs verzorgt dat niet voldoet aan de eisen, moet je niet zeuren als daar problemen uit voortkomen. Maar ze bezweert dat ze niet beter wist dan dat de opleiding waar ze haar mensen naar toe stuurde wél voldeed aan de eisen. 'Wat had ik als ondernemer verder nog kunnen doen om duidelijk te krijgen of de opleiding deugde?'

Caroline Blom, beleidsadviseur opleidingen en arbeidsmarkt bij Transport en Logistiek Nederland (TLN), kan zich de teleurstelling van Hoitink en haar collega-ondernemers goed voorstellen. 'De ondernemers gunden hun chauffeurs een diploma en daarmee betere vooruitzichten voor de toekomst. Het vergroot hun employability. En ze hebben daar flink in geïnvesteerd. Dan is het wel zuur als je er op zo'n manier op wordt afgerekend.'

Onderwijsinspectie zwijgt
Ze vindt het vreemd dat de Onderwijsinspectie niet tussentijds aan de bel heeft getrokken. 'De ondernemers hebben nooit gehoord dat er iets mis was met de opleiding die ze hun medewerkers lieten volgen.'

Dat de Belastingdienst en niet de Onderwijsinspectie heeft geoordeeld over de kwaliteit van een opleiding, is op zich al merkwaardig. Volgens Blom heeft het ook nog vergaande gevolgen. 'Wij hebben het ministerie van OCW gevraagd of opleidingen die niet voldoen aan de eisen nog zouden kunnen worden gerepareerd. Maar dat bleek te kunnen in de zogenoemde herstelperiode, die geldt alleen als de Onderwijsinspectie een oordeel heeft geveld. Níet als de Belastingdienst dat heeft gedaan. En daarmee moeten de ondernemers het maar doen. Dat kan toch niet?'

Sta reparatie toe a.u.b.
Hoitink heeft het gevoel dat zij en veel van haar collega's het slachtoffer zijn van een twist tussen Onderwijsinspectie en Belastingdienst. 'Het kan toch niet zo zijn dat wij de dupe worden van twee rijksinstellingen die er allebei op uit zijn om hun punt te maken?'

De afgelopen maanden probeerde TLN diverse malen in contact te komen met vertegenwoordigers van het ministerie van Onderwijs en de Belastingdienst om te praten over een oplossing. Maar de deur bleef angstvallig dicht. Ook een brandbrief van de organisatie over de problemen aan de Tweede Kamer haalde tot nu toe weinig uit. De instanties kijken naar elkaar voor een oplossing. En totdat die er is, blijven de naheffingen als een molensteen om de nek van de ondernemers hangen.

Misschien halen de Kamervragen van CDA-leden Jaco Geurts en Pieter Omtzigt iets uit. Blom hoopt in elk geval dat het ministerie van OCW reparatie van opleidingen alsnog mogelijk maakt.

Intussen duimt Hoitink voor een goede afloop. Ze moet er niet aan denken dat de Belastingdienst vasthoudt aan haar eis tot terugbetaling. 'De recessie heeft diepe sporen achtergelaten in de transportsector. Ook bij ons. We hebben nauwelijks meer vet op de botten. En dit kunnen we er echt niet meer bij hebben.' Ze heeft twee studerende kinderen, die allebei misschien wel de zaak willen overnemen. Maar ze vraagt zich af of ze dat hen wel moet aandoen. 'Het is nog maar de vraag of er straks überhaupt nog wel wat vált over te nemen. Aan die vreselijke onzekerheid moet nu echt snel een einde komen.'

Fiscale tegemoetkoming voor nascholing?

Een fiscale tegemoetkoming op de scholingskosten van werknemers. Daarvoor stond de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premies volksverzekering onderwijs (Wva). De Wva was bedoeld om het opleidingsniveau van de Nederlandse beroepsbevolking te verbeteren. Bedrijven hoefden minder loonbelasting af te dragen als ze hun medewerkers lieten scholen bij een regionaal opleidingen centrum (roc). Voorwaarde voor de fiscale tegemoetkoming was wel dat de opleiding was opgenomen in het centraal register beroepsopleidingen (crebo). Aanvragen van een tegemoetkoming in het kader van de Wva kan niet meer. De regeling is 'wegens overweldigend succes' vervangen door de subsidieregeling praktijkleren. Die regeling, die op 1 januari is ingegaan, moet werkgevers er toe aanzetten om praktijkleerplaatsen en leerwerkplaatsen te bieden. De subsidie is een tegemoetkoming in de kosten die een werkgever maakt voor de begeleiding van een leerling, deelnemer of student én een tegemoetkoming in de loon- en begeleidingskosten van een promovendus of technologisch ontwerper in opleiding (een zogenoemde toio).

 

Terugbetalen in termijnen mag...

Tussen 2008 en 2013 deden zo'n 1.100 transportbedrijven een beroep op de afdrachtvermindering onderwijs. Daarmee was in totaal 53 miljoen euro gemoeid. Inmiddels heeft bij 36 bedrijven (waaronder Hoitink Transport) terugvordering van de AV onderwijs plaatsgevonden, voor een totaalbedrag van ongeveer 3,5 miljoen. Nog eenzelfde aantal bedrijven is 'onderwerp van onderzoek'. Dit meldde minister Bussemaker van Onderwijs vorige week mede namens haar collega van Financiën bij de beantwoording van vragen van de CDA-Kamerleden Jaco Geurts en Pieter Omtzigt over de terugvordering van Wva bij transportbedrijven. Bussemaker wekt de indruk dat er maar één optie is: terugbetalen. Bedrijven die vanwege financiële problemen niet in één keer met het benodigde geld over de brug kunnen komen, zouden gebruik kunnen maken van een betalingsregeling.