‘Moet ik hier dan weg?’

30-04-2015

De gemeente werkt mee, het Rijk tegen. Uitbreiden zit er voor de Drutense siertegelfabrikant Excluton voorlopig niet in. Terwijl het Land van Maas en Waal al veel maakindustrie kwijtraakte, staat nu ook het voortbestaan van Excluton op het spel. Zijn principes zoveel economische ellende waard?

Het bedrijfsterrein van Excluton ligt buitendijks aan de Waal bij Druten. Staand op de hoogwatervrije toegangsweg zie je pas echt hoe groot het is. Vijftig hectare, zo’n beetje vijftig voetbalvelden dus. Vroeger stonden op dezelfde plaats vier traditionele steenfabrieken, die klei als grondstof gebruikten. Nu worden er betonnen stenen gemaakt. Vrachtautocombinaties rijden af en aan. Heen met grondstoffen, terug met gereed product.

In de voorbije jaren sloot Excluton productielocaties in Appeltern en Waalwijk. Alle activiteiten werden geconcentreerd in Druten. ‘Het werkt veel efficiënter’, zegt Frans van Haren, directeur/eigenaar van Excluton, ‘maar we moeten onze producten hier wel kwijt kunnen. En dat lukt nu niet.’ De afgeladen tasvelden (stenenopslag) bewijzen zijn gelijk. Pontificaal in een vergaderzaaltje staat een maquette van de plannen die Van Haren heeft voor zijn bedrijf. ‘Die maquette staat hier sinds 1998. Zo lang zijn we al bezig met onze uitbreidingsplannen. Dáár zou de opslag van gereed materiaal moeten komen én een parkeerplaats voor vrachtauto’s’, legt hij uit. Zou, want last minute kwam er een kink in de kabel.

Streep erdoor
Er lag een nieuw bestemmingsplan, dat de uitbreiding mogelijk maakte. Maar vorig jaar haalde de Raad van State daar een streep door. Het zou niet voldoen aan de regels van het Barro, die moeten voorkomen dat besluiten van lagere overheden het nationaal belang schaden. De stenenopslag en de geparkeerde vrachtauto’s zouden een snelle waterafvoer bij hoog water belemmeren. ‘We zijn bij de actualisatie van het bestemmingsplan opgetrokken met Rijkswaterstaat. Onbegrijpelijk dat het dan toch zo is gelopen’, vindt Sjef van Elk, Drutens wethouder Economische Zaken. ‘Als er een punt van discussie was geweest, bijvoorbeeld over die waterafvoer, hadden we kunnen zeggen: laat de Raad van State daar maar over oordelen. Maar dat is niet gebeurd. Wij waren dan ook onaangenaam verrast toen we hoorden dat het bestemmingsplan was vernietigd.’
Van Haren (Excluton) vindt dat de waterafvoer ten onrechte bepalend is geweest bij het oordeel van de Raad. ‘Het gaat hier om hoogwatervrij terrein. Wat wij er mee willen, heeft geen invloed op het waterbergend vermogen van de rivier.’ Als het oordeel van de Raad blijft staan, moet hij 10 procent van het bedrijfsterrein onbenut laten. Dat zou hem slecht uitkomen. ‘Het knelt nu al. Maar als de economie verder aantrekt, wordt het alleen maar erger.’ Een alternatief is er niet. ‘Een bedrijf van dit formaat verhuis je niet gemakkelijk. En een betere plek is er niet; op een industrieterrein zou het veel meer overlast opleveren.’

Deuren sluiten?
‘Als Excluton hier niet verder kan, hebben we een serieus probleem’, waarschuwt André van den Hurk. De voorzitter van Ondernemers Vereniging Druten (OVD) houdt kantoor in cultureel centrum d’n Bogerd. Hij legt uit dat in het Land van Maas en Waal al veel bedrijven in de maakindustrie hun deuren hebben moeten sluiten. ‘Van de meubelindustrie is niets meer over. Ook veel steenfabrieken zijn dichtgegaan. En nog maar een paar jaar geleden sloot vleesverwerker Vion hier een grote productielocatie. De sluiting van die grotere bedrijven heeft er flink in gehakt. Veel mensen zijn werkloos geworden.’
Van den Hurk benadrukt dat Excluton zo’n beetje het laatst overbleven grote bedrijf is. En dat het een belangrijke regiofunctie heeft. ‘De fabriek biedt direct werk aan 180 man. En indirect nog eens aan zo’n vijfhonderd. Bij transportbedrijven, maar ook bij toeleveranciers en in de detailhandel. Je moet er niet aan denken dat er zoveel werklozen bij komen.’ Maar er is nog een vervelend neveneffect, stelt Van den Hurk. ‘Als bedrijven minder goed draaien – of zelfs weggaan – komt allerlei maatschappelijke ondersteuning onder druk te staan. Zoals de sponsoring van verenigingen. En daarmee de leefbaarheid in de regio.’

Volg Fries voorbeeld
De Excluton-case doet denken aan de problemen in Hallum. Ook daar dreigde een groot aantal banen te verdwijnen doordat bedrijven klem kwamen te zitten vanwege een strikte handhaving van regels. Extra pijnlijk omdat ook in die regio de banen niet voor het oprapen lagen. Een buurgemeente lag dwars, bezwaar makende burgers zorgden voor een langdurige patstelling. Maar de rijen werden gesloten na intensief overleg en een interventie van VNO-NCW Noord. En de gemeente zorgde alsnog voor een oplossing.
Nu is in Druten de gemeente het probleem niet. Die vroeg minister Schultz van Infrastructuur en Milieu een ontheffing om het door de Raad van State vernietigde bestemmingsplan te kunnen repareren. Na een voorlopige afwijzing vorig jaar volgde een nieuwe poging. Onduidelijk is of de minister nu wél met de ontheffing over de brug komt. Van Haren blijft moed houden. ‘Volgens het Barro mogen bedrijven die van oudsher in de uiterwaarden zijn gevestigd, uitbreiden.’ Er is een lijst met steenfabrieken, zegt hij, die voldoen aan de criteria van het ministerie. ‘Dit is ook een steenfabriek, maar wij staan niet op die lijst. En dat is een belangrijke reden waarom wij nu niet mogen uitbreiden. Dan zeg ik: minister, corrigeer die fout.’

Weeg economie mee
Van den Hurk is minder positief. Hij is blij met de steun die hij krijgt in zijn strijd om Excluton voor Druten te behouden. Zoals van VVD-Kamerlid Remco Dijkstra. Dijkstra bezocht samen met een collega-Kamerlid het bedrijf. Er volgden Kamervragen (pdf). In de brief die aansluitend naar minister Schultz ging, vroegen de Kamerleden om aanpassing van het Barro. En als dat niet kan een ontheffing voor Excluton. Ook de Ondernemers Vereniging Druten richtte zich tot de minister. En vroeg haar om ook de economische en sociale gevolgen mee te nemen in de besluitvorming. Drutens wethouder Van Elk juicht die actie toe. ‘Elk initiatief gericht op het behoud van Excluton voor de gemeente is welkom. Het kan niet genoeg worden onderstreept hoeveel werkgelegenheid er hier op het spel staat.’ Dat zal voor de minister toch ook wel meetellen?

Wat is het Barro?

Gemeenten hadden in het verleden een behoorlijke mate van vrijheid bij het vaststellen van bestemmingsplannen. Maar sinds de invoering in 2011 van het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) is die vrijheid (en die voor andere decentrale overheden) een stuk kleiner geworden. De speelruimte wordt beperkt als nationale belangen dat nodig maken.

 

Wat in Friesland wel lukte

Jaren streden vijf bedrijven om te kunnen groeien op ‘hun’ bedrijventerrein in het Friese Hallum. De bedrijven, waaronder drie grote bakkerijen, groeiden tegen de tegenvallende economische ontwikkeling in. Vorig jaar boden ze werk aan achthonderd mensen. En daarnaast zorgden ze voor nog eens vijftienhonderd indirecte arbeidsplaatsen bij toeleveranciers, detailhandelsbedrijven en dergelijke. De groei vroeg om uitbreiding. Maar woningen langs de belangrijkste toegangsweg bleken daarvoor een struikelblok. De gemeente leek niet bereid te zoeken naar een oplossing. Uiteindelijk leek er voor de ondernemers nog maar één alternatief te resten: verkassen naar een locatie buiten de gemeente. Daardoor dreigde er een groot aantal werklozen bij te komen in de qua werkgelegenheid toch al niet zo sterke regio. Pas na drie jaar was er een oplossing waarmee alle betrokkenen konden leven: sloop van de woningen langs de toegangsweg. Bij de totstandkoming van die oplossing was een belangrijke bemiddelende rol weggelegd voor VNO-NCW Noord. De bewoners en een bij de kwestie betrokken woningbouwcorporatie gingen akkoord met de sloop. Daardoor kon een onteigeningsprocedure achterwege blijven. De huizen kunnen nu snel tegen de vlakte, waarna de bedrijven eindelijk de ruimte hebben om uit te breiden.