Eindelijk een goed Europees plan voor digitale interne markt

26-11-2015

Met 500 miljoen inwoners heeft de Europese Unie een veel grotere thuismarkt dan de Verenigde Staten. Toch wordt er in de VS veel meer geld verdiend met ict en met digitale handel tussen de verschillende staten. Dat is niet zo gek: online zaken doen binnen de grenzen van Europa is nog steeds een ramp voor ondernemers. In elke lidstaat zijn er andere regels voor consumentenrecht, andere btw-tarieven en gelden andere wetten. Ook consumenten worden daar tureluurs van: 80 procent van online uitgaven wordt nu nog in eigen land gedaan. Daarom is het toe te juichen dat de Europese Commissie nu met een plan komt om de digitale interne markt te versterken.

Want zonder al die belemmeringen zoals wetgeving die in elk land anders is, kunnen ondernemers in elk Europees land zaken doen. Maar daarvoor moet de Europese Commissie wel echt doorzetten. Maak alle regels rondom online ondernemen hetzelfde in alle lidstaten. En verander wetgeving die hopeloos verouderd is. Veel regels zijn niet toepasbaar op nieuwe internetdiensten. Bijvoorbeeld de taxiwet, die niks met ict te maken heeft, maar wel wordt herzien door digitale ontwikkelingen.

En als we dan toch bezig zijn, laat de Europese Commissie dan extra aandacht hebben voor het digital proof maken van álle Europese wetgeving, van nu en in de toekomst. Tijdens het wetgevingsproces moet telkens worden bekeken wat de effecten zijn van voorstellen op innovatie en digitalisering. Anders blijven we wetgeving steeds maar aangepassen.

Die strategie zal dan zeker zijn vruchten afwerpen. Tussen 2001 en 2011 was ict in de VS verantwoordelijk voor 55 procent van de groei van het bbp, in Europa maar voor 30 procent. De versnipperde Europese markt, mede als gevolg van verschillen in wet- en regelgeving, is daar een van de oorzaken van. We hebben zo’n grote thuismarkt in Europa, nu is het echt tijd om die ten volle te benutten.