Tienduizend aanvragen liggen er van bedrijven voor een (grotere) aansluiting op het elektriciteitsnet. De wachtlijst met bedrijven groeit. Zonder zo’n aansluiting is het vaak onmogelijk om ‘van het gas af’ te gaan. De verduurzaming loopt daardoor vertraging op. Dat is een urgent probleem, maar er zijn creatieve oplossingen om de filevorming op het stroomnet te omzeilen. Drie voorbeelden.
Oplossing 1Wie: 14 ondernemers in Hendrik Ido-Ambacht
Wat: oprichting Energy HubAls Johan Peekstok in 2018 een hal renoveert voor zijn metaalbewerkingsbedrijf in Hendrik Ido-Ambacht, laat hij meteen ruim duizend zonnepanelen op het dak leggen. Enkele collega-ondernemers op het bedrijventerrein blijken hetzelfde te doen. ‘Tijdens zonnige periodes produceren al deze panelen zoveel elektriciteit dat het elektriciteitsnet het straks niet meer aankan. Dan kan het lokale net in de toekomst overbelast raken, waardoor het moeilijker wordt om nieuwe zonnepanelen aan te sluiten’, vreest Peekstok.
Energy Hub
Het is aanleiding voor Peekstok Machining & Construction om samen met 14 ondernemers op hetzelfde bedrijventerrein een coöperatief energiebedrijf op te richten, of in moderne terminologie: een Energy Hub. Het idee is simpel: als het ene bedrijf elektriciteit over heeft, levert die het aan de buurman. ‘Een collega hier op het terrein gebruikt bijvoorbeeld veel stroom in het weekend’, aldus Peekstok. ‘Die heeft veel stroom nodig als wij het juist over hebben.’
Maar bedrijven kunnen onderling niet simpelweg kabels trekken om elektriciteit aan elkaar te leveren. Peekstok: ‘Dat was natuurlijk onze eerste gedachte, maar de regelgeving rond levering van energie is te complex om dat op deze relatief kleine schaal te organiseren.’
Om deze hindernis te overwinnen, gebruiken Peekstok en zijn collega-ondernemers een softwaresysteem om onderling in energie te handelen en de pieken in het verbruik af te vlakken.
Peekstok: ‘Het mooie is dat je helemaal geen kabels nodig hebt, je maakt gewoon gebruik van de bestaande infrastructuur. We kunnen elektriciteit onderling verhandelen en we zijn momenteel bezig met het aanbesteden van een datamanagementsysteem om de energieproductie nauwkeurig te reguleren. We streven ernaar elektriciteit op te slaan tijdens piekopwekmomenten in het gebied. Zo blijft lokaal opgewekte stroom, zoals van zonnepanelen, hier voor iedereen beschikbaar.’
ACUTE NETCONGESTIE IS SLECHTS EEN KWESTIE VAN TIJD
Dat opslaan van energie is een maatregel voor een volgende fase. ‘Op termijn gaan we wellicht een batterij op het terrein neerzetten’, vertelt Peekstok. ‘De eerste stap is het onderling delen en verhandelen van energie. Daarna kijken we of we tot optimalisatie van ons energieverbruik kunnen komen.’ Door bijvoorbeeld warmtepompen en koelsystemen iets op en af te schalen, kan de energievraag voor een belangrijk deel al geplooid worden naar het aanbod.
Hoewel er van acute netcongestie in Hendrik Ido-Ambacht nog geen sprake is, is dat volgens Peekstok ‘een kwestie van tijd’. Door op deze manier te werken anticiperen de bedrijven er alvast op. De Energy Hub belast het elektriciteitsnet een stuk minder. ‘Pas wanneer er een overschot is dat niet gebufferd kan worden, dan wordt deze naar het regionale of zelfs landelijke net gestuurd. Dit voorkomt netwerkcongestie en stelt ons ook in de toekomst in staat om onafhankelijk van de grillen van de markt verder te groeien’, aldus Peekstok.
Oplossing 2 Wie:Brainport Industry Campus
Wat: eigen energiecentrale
Tussen de snelweg A2 en Eindhoven Airport ligt een geelgroen gebouw met een vloeroppervlak van 100.000 vierkante meter: Brainport Industry Campus (BIC). In het in 2018 opgeleverde gebouw zijn 50 bedrijven gevestigd uit de hightech maakindustrie.
BIC Utility - een joint venture van de Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij en Equans - boog zich destijds - in de aanloop naar de opening van het gebouw - over de levering van onder meer elektriciteit. ‘Het gebouw kreeg een aansluiting van 10 megawatt op het netwerk van Enexis’, vertelt Ruud Vleugels, directeur Carbon Shift bij Equans, werkzaam voor BIC Utility. Toen Vleugels bij de toekomstige huurders ging informeren naar hun energiebehoefte, was die 10 megawatt na drie gesprekken al op.
Vleugels voelde op zijn klompen aan dat hij bij elkaar opgeteld voor 50 bedrijven een veelvoud van 10 megawatt nodig zou hebben. Iedere huurder vroeg meer capaciteit dan nodig was, constateerde Vleugels al snel. ‘Bedrijven telden bijvoorbeeld alle vermogens van hun apparatuur en installaties bij elkaar op. Maar dan hielden ze geen rekening met het feit dat nooit alles tegelijkertijd aan staat. In overleg hebben we alle claims naar beneden bijgestuurd’, vertelt Vleugels.
Ingrijpende stappen
Maar er is meer nodig om tot een efficiënt gebruik van energie en dus ook van de aansluiting te komen, veel meer. Op het dak liggen zonnepanelen met een vermogen van 2,7 megawatt. Er is een batterij geplaatst, evenals een installatie voor warmte-koudeopslag en een e-boiler. Ingrijpende stappen voor de aangesloten bedrijven, die vaak een totaal andere core-business hebben. Maar het werpt wel vruchten af. Omdat ze zelf energie opwekken en opslaan is een aansluiting van 3 megawatt voldoende, aldus Vleugels. ‘Als iedereen een individuele aansluiting had gehad, was een aansluiting van 30 of 40 megawatt nodig geweest.’